Bijna 1700 hectare landbouwgrond van ruim 460 Sallandse boeren geruild
RAALTE – Na vijftien jaar is het project ‘Kavels voor Koeien’ in Salland afgerond. Bij zeven verschillende kavelruilen werd in die jaren bijna 1700 hectare landbouwgrond geruild, waarbij 464 boeren waren betrokken met als belangrijkste doel verbetering van de Sallandse landbouwstructuur. “Maar kavelruil blijft in de toekomst nodig in Salland. Dan zal het gaan om bijvoorbeeld stoppende boeren waardoor nieuwe kleinere kavelruilprojecten in de drie gemeenten Raalte, Olst-Wijhe en Deventer als kartrekker mogelijk worden.”
Vier mannen, gekscherend noemen ze zich ‘het motorblok’, hebben afgelopen 15 jaar hun stempel gedrukt op ‘Kavels voor Koeien’. De melkveehouders Rudie Freriks (Luttenberg) en Gerrit Tuten (Heeten) deden het vele werk samen met coördinator Cor Bosch uit Heino en projectleider Gerko Hopster (adviesbureau landelijk gebied Pratensis). “Directe aanleiding was in 2007 een aangenomen motie in de toenmalige gemeenteraad van Raalte waarin om aandacht voor meer koeien in de wei werd gevraagd. Daarvoor is het belangrijk dat boeren grote huiskavels rond de boerderij hebben, waardoor je makkelijker koeien in de wei kunt laten lopen. De gemeente Raalte, die daarna al die jaren een goede partner is geweest, ook met financiële steun, besteedde het toen uit aan landbouworganisatie LTO Salland. Toen we begonnen, hadden we eigenlijk nog geen idee hoe we dat aan zouden pakken”, zo herinnert Gerrit Tuten zich nog.
De eerste van uiteindelijk zeven kavelruilprojecten was destijds Luttenberg-Mariënheem, waar 34 boeren ruim 120 hectare grond ruilden. “In Luttenberg heb je nogal strabante boeren, daar leer je het meeste van”, zegt Cor Bosch nuchter; “Bovendien wilden we flinke gebieden omdat je in kleine gebieden te weinig ruilmogelijkheden hebt om percelen te ruilen. Zo’n kavelruil is al complex genoeg, het is elke keer weer een legpuzzel.”
Daarna volgden Broekland-Velner (120 hectare geruild van 34 boeren), Raalte Zuid 1 Heeten-Nieuw Heeten (279 hectare van 94 boeren), Salland-Zuid (252 hectare van 64 boeren), Raalte-Zuid-2 (140 hectare van 63 boeren), Boetelerveld (508 hectare van 105 boeren) en als laatste N35 (177 hectare en 50 boeren). Bij dat laatste project ging het erom de landbouwpercelen aan de noord- en zuidkant van de N35 (tussen de Ganzepanbrug en de Sallandse Heuvelrug) zo in te delen dat er minder landbouwverkeer de drukke weg over hoefde te steken. Daarbij werd met Rijkswaterstaat samengewerkt.
Experiment
Gerrit Tuten: “Rijkswaterstaat vond het een interessant experiment omdat ze zoiets helemaal niet gewend waren. Ze hebben plannen voor wegverbreding of zo, gaan dan grond kopen en vervolgens aan de slag. In de praktijk viel de samenwerking wat tegen. Onze werkwijzen liepen niet helemaal synchroon zeg maar, met name door de steeds weer veranderende plannen voor verdubbeling van de N35. Zo vonden ze een nieuw fietspad aan de noordkant van de N35 tussen Raalte en Mariënheem niet meer nodig, terwijl wij alles al voorbereid hadden met de betrokken grondeigenaren. Dat zou volgens Rijkswaterstaat zinloos zijn omdat over 10 of 15 jaar de weg toch verdubbeld wordt. Klopt, de bewoners hebben nu zelf maar een smal fietspad aangelegd daar.” Rudie Freriks: “Maar ook bij die toch stroeve N35-kavelruil hebben we meer hectares geruild dan van te voren gepland, net als bij alle andere projecten. En steeds binnen de gestelde financiële kaders. Ergens bij de gemeente Raalte moet nog een niet gebruikt bedrag van 25 mille als garantiekapitaal zijn. Geen idee waar precies.”
Gunnen
Hoe gaat zo’n kavelruil in de praktijk? Cor Bosch: “Je begint met het instellen van een kavelruilcommissie per gebied. Wij vieren kennen Salland heel erg goed, ik weet behoorlijk precies van wie welk kavel hier is, maar je wilt in elk deelgebied toch zoveel mogelijk betrokkenheid. Het was niet altijd makkelijk om boeren voor zo’n commissie te vinden. Je moet dan zo nodig het algemeen belang boven het eigen belang kunnen stellen. Ergens is dat logisch, het belang van jouw eigen bedrijf staat bij iedereen toch voorop. Verder moet je soms wat geluk hebben als bijvoorbeeld een bedrijf zonder opvolger op een interessante plek stopt. En mensen moeten elkaar natuurlijk wat gunnen. Wat veranderd is, destijds moest je eerst twintig keer koffie gaan drinken om iets te bereiken, nu bellen boeren ons soms zelf op omdat ze willen praten.”
“Belangrijk is de eerste geslaagde ruiltransactie, het liefst van een boer die iedereen in zo’n gebied kent. Als dat eenmaal goed gelukt is, volgen er vanzelf meer boeren. Na Luttenberg-Mariënheem kwamen boeren uit Broekland-Velner zelf naar ons toe met de vraag om een kavelruil”, herinnert Rudie Freriks zich.
Grondbank
Nog een belangrijke succesfactor is het kunnen beschikken over voldoende eigen grond om daarmee te kunnen ruilen. Gerco Hopster: “Daarom hebben we destijds een eigen Grondbank Salland opgericht. De provincie Overijssel kocht ook wel grond, maar dat waren destijds nogal lange processen. Nu gaat dat veel sneller. Ook het waterschap merkte dat het handig is om zelf grond op te kopen en die in te zetten voor kavelruil. Onze Grondbank is nu ook niet meer nodig. Wat wel veranderd is dat het 15 jaar geleden vooral om meer koeien in de wei ging, terwijl het nu belangrijk is dat bij weidegang minder ammoniak vrij komt. Dat zal ook steeds belangrijker worden gezien de huidige discussies.”
Kavels voor Koeien is nu dus afgerond, maar vrijwillige kavelruil blijft in de toekomst belangrijk en moet een continu proces zijn, daar is het viertal van overtuigd. Het vorig jaar door de drie gemeenten Deventer, Raalte en Olst-Wijhe gestarte Kavelruil Salland (met Cor Bosch als kavelruilcoordinator voor Salland Noord en Piet Dolman voor Salland Zuid) is qua opzet wat iets anders. “Meer vraag gestuurd kun je zeggen. Als een boer wil stoppen kan hij dat, bijvoorbeeld via de ervencoaches, aangeven. Waarna gezamenlijk bekeken en besproken wordt wat voor hem het beste is, maar ook wat dat misschien aan mogelijkheden voor de boeren in de directe omgeving kan bieden.”
Foto: Het ‘motorblok’ (van links naar rechts): Cor Bosch, Gerko Hopster, Gerrit Tuten en Rudie Freriks bekijkt de indelingskaart van het eerste kavelruilproject Luttenberg-Mariënheem.