Dennis Melenhorst kondigt afscheid als wethouder gemeente Raalte aan; trots op wapenfeiten
RAALTE – Hij worstelde er volgens eigen zeggen al enkele maanden mee en hakte ongeveer een maand geleden de knoop door. Wethouder Dennis Melenhorst (o.a. economie) stopt ermee; hij stelt zich niet opnieuw beschikbaar als wethouder. “Toen ik het meldde op de socials kreeg ik honderden reacties”,vertelt hij. “Veel mensen die het jammer vonden, maar ook veel begrip. Daarnaast waren er enorm veel bedankjes.” Hij begint te lachen. “Laten we eerlijk zijn: dat is toch beter dan dat je leest: ‘Blij dat-ie weg gaat’.” Melenhorst neemt overigens wel gewoon zitting in de Raalter gemeenteraad.
Hij heeft meerdere redenen om te stoppen. Ten eerste is hij van mening dat hij in de afgelopen vier jaar zijn doelstellingen al heeft gehaald. “De VVD is natuurlijk een ondernemerspartij. Ik denk dat het een understatement is om te zeggen dat de ondernemers vier jaar geleden ontevreden waren. Het ondernemersklimaat moest dus beter worden. Daarin waren trouwens al wel stappen gezet. Daarnaast waren de reserves afgenomen en de lasten vrij hoog. Dat moest anders. Die doelstellingen zijn meer dan gerealiseerd.” In de brief die hij op Facebook postte, somt hij enkele van zijn wapenfeiten (en die van het college) op: het financiële huishoudboekje is weer op orde; geen bovengemiddelde lastenstijgingen meer; de verbetering van het ondernemersklimaat (afgemeten aan de stijging op de landelijke lijst van meest ondernemersvriendelijke gemeenten van plaats 381 naar 13); de tweede plek bij de landelijke MKB-infra aanbestedingsaward; lovende woorden van de MKB-voorzitter; de verkiezing tot best bestuurde gemeente en twee nominaties als beste lokale bestuurder van Nederland voor hemzelf. En, dat schrijven we op eigen titel: ook in de wandelgangen hoorden we geen verkeerd woord over Melenhorst. Turbo Dennis noemde onze columnist Lauk hem. En dat was bedoeld als compliment voor zijn voortvarendheid.
Privéleven
Ook de druk die het wethouderschap op zijn privéleven zette, speelde mee. “Ik ben er volle bak ingegaan. Langs bij de ondernemersverenigingen; in gesprek met ondernemers met problemen; nieuw beleid gevormd en in vier jaar tijd is er een nieuw centrumplan gerealiseerd. Dat kost tijd. Je moet heel veel bijeenkomsten langs. Vele avonden was ik van huis. Ik heb twee kinderen, van 9 en 11 jaar. Die zag ik nauwelijks.” Hij begint te lachen. “En over vier jaar hebben ze waarschijnlijk liever dat papa zich helemaal niet meer met hen bemoeit. Nu het nog kan, wil ik ze vaker zien.”
De komende vier jaar zal er veel op Raalte afkomen, stelt Melenhorst. “De positionering in de regio en de woningbouw, dat worden belangrijke opgaven. Daarnaast de ontwikkelingen rondom de N35 en Kruispunt Bos, de ontwikkeling en plannen voor de stations en natuurlijk de behoefte aan extra bedrijventerreinen. Raalte staat op een kantelpunt. Of je blijft zo, of, en dat is de ambitie, je groeit verder. Maar dat heeft wel gevolgen voor de gemeentelijke organisatie. We hebben meer talent nodig. Maar daar worstelen meer organisaties mee. We hebben op dit moment geen extra snelheid.”
Hij stelt dat hij de afgelopen vier jaar op een zeer plezierige manier heeft samengewerkt met de raad (“Er zijn ook nooit enorme discussies geweest”), zijn partij, ondernemers en de andere leden van het college.
Alle ballen
Maar niets is rozengeur en maneschijn alleen. Corona gooide twee jaar geleden roet in het eten. “Van het ene op het andere moment was het alle ballen op de aandacht voor corona. Noodgedwongen moest de hele organisatie meer thuis werken. Ik ook. Maar dan gaan bepaalde zaken minder snel. Denk aan vergunningsaanvragen. Dan kom je dus niet aan bouwen toe. Toch zijn we erin geslaagd om de afgelopen vier jaar het centrumplan vorm te geven. Het had nog sneller gekund als er geen corona was geweest, maar toch… Ik ervaar dat ook als het hoogtepunt van de van de afgelopen vier jaar. In zo’n korte tijd zo’n breed gedragen plan. Maar corona ontnam me wel enigszins het plezier in het werk. 80 procent van de tijd zat ik voor het scherm. Dat is niet mijn ding. Ik ben er niet voor gemaakt om hele dagen via Teams te vergaderen. Maar dat was nog niet het belangrijkste. Ik kreeg met schrijnende gevallen te maken. Ondernemers die voor geen enkele regeling in aanmerking kwamen. Dat raakte enorm. Of één-op-één-gesprekken met werkgevers die machteloos stonden en wanhopig waren. Vaak nog niet eens zozeer over hun eigen situatie, maar over de verantwoordelijkheid voor hun personeel met de gezinnen erachter. Mensen waarmee ze jarenlang samen hadden gewerkt, die nadat alle andere mogelijkheden op waren, toch eruit moesten. Dat doet wat. Nee, ik heb dat niet mee naar bed genomen. Ik denk ook niet dat je dat als bestuurder moet doen. Maar ik ken mensen die dat wel hebben gedaan…”
Oriënteren
Als we hem vragen naar andere dieptepunten, buiten corona om, komt toch dat rotvirus weer voorbij. “Want die coronatijd heeft zoveel impact gehad. Op het bedrijfsleven, maar ook op de levens van zoveel mensen hier. Van ziekte tot sterfgevallen. Dat overschaduwt alles…”
Dennis gaat, als er nieuw college is gevormd, op zoek naar een nieuwe baan. “Ik zal me oriënteren op de mogelijkheden. Ik heb gewerkt voor de KvK, het Economisch Instituut voor de Bouw, ben hoofd research geweest bij een vastgoedbedrijf in Amsterdam en adviseur bij de SER. Ik maak me geen zorgen over een baan. Misschien is mijn probleem wel dat ik alles leuk vind.”