Er loopt elke dag een man door onze straat. Ik schat hem halverwege de vijftig. Hij is matig tot streng kalend, heeft altijd een zuinig lachje op zijn gezicht en in zijn hand heeft hij een map. Geen multomap, maar zo’n harde kaft met een klemmetje aan de bovenkant. Het klemmetje houdt een paar vellen papier vast. De vraag is natuurlijk: wat doet deze man? Laten we hem voor het gemak Henk noemen.
Ik kan er niets aan doen. Als je veel thuis aan het werk bent, vallen sommige dingen gewoon wat meer op. Toen ik Henk voor de eerste keer zag lopen, wilde ik me verstoppen achter de bank. Ik dacht namelijk dat het zo’n ouwehoer was die huis aan huis energiecontracten probeert te slijten. Als zo iemand bij mij aanbelt, doe ik altijd alsof ik niet thuis ben. Maar er werd die dag niet aangebeld.
Toen ik hem de tweede dag zag lopen moest ik mijn gedachtes bijstellen. Henk verkoopt geen energiecontracten, Henk is een opzichter. Hier in de buurt wordt veel gebouwd en verbouwd en Henk komt elke dag een kijkje nemen of alles soepel verloopt. Liggen de zonnepanelen er al op, loopt het metselwerk op schema, staat de radio niet te hard aan, dat werk.
Maar bij de derde dag ging ik toch weer twijfelen. Henk ziet er namelijk helemaal niet uit als een opzichter. Ik besloot hem te volgen. Niet zoals in films natuurlijk, waar ze dat altijd veel te opzichtig doen, maar op gepaste afstand. Op dat moment vond ik het trouwens jammer dat ik geen hond had. Dat was de perfecte dekmantel geweest. Maar als ik de hond van de buren zou lenen, was Henk al gevlogen. Zonder hond dus.
Aan het einde van de straat sloeg Henk rechtsaf dus ik ook. Ik struikelde nog bijna over het stoeprandje omdat er zoveel blad lag, maar Henk keek niet achterom. Hij ging naar links en kwam bij een parkeerterreintje. Daar stapte Henk in zijn lesauto. Er stond heel groot ‘Oosterbroek’ op de zijkant van de BMW en de kenmerkende L stond op het dak. Henk is rij-instructeur. En ik ben een heel tevreden nieuwsgierig aagje.