Sjaak Bruggeman deelt met enige regelmaat zijn natuurmomenten met ons. En altijd is er wel iets dat op zijn pad komt. Deze week was Sjaak te vinden in het Staphorsterveld.
“Kijk hier bij het tankstation Dekkersland aan de A28 neem ik de afslag en ga richting het gemaal Dekkersland. Hier rechts op het boerenland zie je alleen maar zwanen, meeuwen, witte en blauwe reigers en schapen natuurlijk. En links, daar moet ik zijn, in het noordelijkste stukje van natuurreservaat de Olde Maten. De Olde Maten, het Staphorsterveld, altijd mooi, ook in de winter.
Het is een miezerige, grijze maandag en met maar twee graden boven nul houdt het niet over. Maar eens kijken wat er op mijn pad komt. Hier ga ik de dam over en loop door het smalle land langs de met riet en elzen dichtgegroeide slootkant. Hé, daar is direct de eerste verrassing al. Een grauwe gans is weggekropen in het riet en hier een eenzame dood gestorven.
De smalle stroken land zijn allemaal, pak ‘m beet, zo’n kilometer lang en de oogst van deze onbemeste percelen zal naast het beetje blauwgras ook pitrus en riet bevatten. Het is hier zo nat dat de mollen zelfs op de hoge delen amper ruimte hebben om niet te verzuipen.
Hier steek ik dwars de weg over voor opnieuw een stuk slagenland. Kijk, hier heeft vroeger vast een boerderijtje gestaan. Het oude boerenerf is omzoomd met populieren en bijna een half voetbalveld groot. En wat me ook opvalt hier in het grote Staphorsterveld. Er zijn hier, naast ooievaarsnesten, niet alleen veel roofvogelhorsten maar ook veel hoogzits voor jagers. In dit grote gebied is de reeëndichtheid hoog.
Bij een glibberige oversteekplank over een dichtgegroeide sloot neem ik even een boterham. Oh wacht, daar is een torenvalkje aan het bidden. En bam, daar laat zij zich vallen in de ruigte. Snel leun ik tegen een elzenboompje en neem mijn camera in de aanslag. En ‘Bingo’, het kleine rovertje heeft beet en komt aanvliegen. De twee palen bij de oversteek en een boompje, meer is hier niet. Wat ga je doen? Hupsakee, met prooi landt ze op de achterste paal! Met de vlijmscherpe klauwen om nek en lijf knijpt ze de muis snel dood. Klik-klik, 2 seconden, klik-klik, 2 seconden, klik-klik, ze hoort de camera en vliegt weg. Poeh! Een gillend grijsbruin aardmuisje met zijn kleine ogen en oren en een kort staartje was het slachtoffer en dat gebeurde bijna vlak voor mijn neus in een razend tempo. Geen lange lijdensweg. Binnen een handvol seconden was het beestje uit zijn lijden verlost.
De wind steekt op, het wordt grienderig koud. Nu eerst nog mijn boterham en dan maar snel terug naar de auto…