Belangstelling voor streekproducten flink gegroeid sinds maart

HAARLE – Pluimveehoudster Jolanda Kieftenbeld merkte het al eerder; sinds in maart de coronacrisis uitbrak, is de belangstelling voor haar eieren, varkens- en rundvlees en zuivel die in ‘Oans Winkeltie’ bij het bedrijf aan de Almelosestraat in Haarle worden verkocht, gegroeid. De eierautomaat, die er in 2014 werd neergezet, moet zelfs ’s middags al weer bijgevuld worden om teleurstellingen te voorkomen.

Angst voor drukke supermarkten in coronatijden, een groeiende interesse in producten rechtstreeks van de boerderij, de goede smaak of de prijs, niemand weet het precies, maar Jolanda heeft haar vermoedens. “Ik denk dat mensen zo’n klein boerderijwinkeltje veiliger en vertrouwder vinden. Bovendien willen ze weten waar hun voedsel vandaan komt. De omzet is sinds maart structureel gestegen en dat gaat nog steeds door. Ik hoor het ook van collega’s zoals Van Vilsteren in Wijhe; daar is het vlees bijna niet aan te slepen.”

Overijssel heeft dat nu uitgezocht; waarom kopen inwoners van deze provincie nu wel of niet lokale en streekproducten? Dat onderzoek had alles te maken met de ‘Green Deal Catering Overheidslocaties’ die door landbouwminister Carola Schouten samen met de provincies werd ondertekend. Ook Gedeputeerde Gert Harm ten Bolscher zette zijn handtekening namens de provincie Overijssel en wil voortaan in het provinciehuis in Zwolle extra aandacht voor producten uit de eigen streek. Jolanda is blij met dat initiatief: “Het voelt toch als waardering voor streekproducten. De provincie kan ook kiezen voor het gemak door alles in de groothandel te kopen, maar kiest dus voor streekproducten. Mijn eieren liggen er nog niet, misschien dat dat nog komt.”

‘Niet duurder’

Voorafgaand aan de landelijke bijeenkomst met de landbouwminister ging gedeputeerde Ten Bolscher tijdens een webcast in op de vraag ‘Hoe vind ik nieuw publiek voor lokaal voedsel?’ “Zeker in Oost-Nederland liggen er veel kansen”, zo vertelde Ten Bolscher onder meer. “Soms hoor je dat streekproducten te duur zouden zijn, maar dat valt wel mee. Ik koop zelf eieren bij de boer in Rijssen. Die zijn echt niet duurder dan in de supermarkt want je haalt de hele tussenhandel er tussen uit. Als provinciebestuur kunnen we niet iets doen met bijvoorbeeld een langere BTW voor streekproducten, dat is echt een zaak van Den Haag. We kunnen wel helpen met onderzoek en dat Overijsselse boeren elkaar vinden bij initiatieven op dit gebied.”

Uit het provinciale onderzoek blijkt dat 61 procent van de Overijsselse huishoudens regelmatig streekproducten koopt. Dat percentage ligt hoger dan gemiddeld in Nederland (52 procent). De frequentie waarin streekproducten worden gekocht verschilt wel. Zo’n dertig procent van de huishoudens koopt deze producten minimaal één keer per maand en elf procent zelfs zeker één keer per week. Een derde deel van de Overijsselse huishoudens koopt minder frequent streekproducten, namelijk vier keer per jaar of minder.

Motieven

De motieven om lokale en streekproducten te kopen verschillen nog wel. Een eerlijke prijs voor de boer weegt het zwaarst voor jongeren tussen de 18 en 24 jaar. Een eerlijke prijs voor de boer en de impact op het milieu zijn voor hoogopgeleiden de twee belangrijkste motieven om lokaal te kopen. De impact op de Nederlandse economie, korte transportafstanden en diervriendelijkheid wegen voor inwoners uit de stad juist weer relatief zwaar.

In het onderzoek is ook gevraagd naar redenen om geen streekproducten te kopen. Bijna de helft van de ondervraagden noemt daarbij een volgens hen hogere prijs. Een kleine 40 procent zegt dat die producten niet in de eigen omgeving te koop zijn en ongeveer 25 procent zegt te weinig kennis van streekproducten te hebben.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.