Soms krijg ik het gevoel dat we in Salland in een ander land leven dan pakweg Amsterdammers en Rotterdammers. Bijvoorbeeld afgelopen week bij de verdeling van de miljoenen euro’s van de overheid voor culturele instellingen. Alle aanvragen uit Overijssel werden afgewezen en in de hoofdstad stroomden de miljoenen binnen. Hier hebben we dus geen cultuur die rijkssteun waard is. Dat past mooi in het straatje van de verkeersminister die er decennia alles aan doet om de weg Zwolle-Twente zo langzaam als maar mogelijk te verbeteren.
Waar overal in Nederland grote en kleine demonstraties waren over thema’s als racisme, corona, 5G, mondkapjesplicht en viruscomplotten krijg je in Salland daar geen hond voor bij elkaar. Discussies over die beroemde anderhalve meter afstand zijn er ook nauwelijks. Vorige week zag ik een groepje jonge handhavers in opleiding op zoek naar overtreders in het Raalter centrum vrolijk maar ook dicht naast elkaar lopen. Die moeten nog veel leren dus zoals het goede voorbeeld geven.
Het aantal Sallanders dat scherp en attent is op die afstand neemt snel af. Op de sociale media wordt dat verslappen soms nog flink bekritiseerd, maar dat is de virtuele wereld. Die is heel anders, zo ontdekte ik bij de koop van een vliegenvanger van Alibaba. In een reclamefilmpje op Facebook werden door kuddes vliegen mee gevangen, maar bij mij blijven de Sallandse vliegen keurig op anderhalve meter afstand.
Virtueel gaat hier de meeste aandacht uit naar belangrijkere zaken zoals het verdwijnen van de Praxis uit Raalte, de enorme aantallen ooievaars overal in de streek, de oprukkende buxusmot en de 250 miljoenste vlooienband van Beaphar.
Met verbazing wordt hier gekeken naar beelden van de enorme drukte op de Noordzeestranden en in de centra van de grote steden. Waarom doen ze dat toch, is de vraag. Waarbij we voor het gemak even vergeten dat je in Salland binnen een paar minuten vanuit elk dorp midden op het rustige Sallandse platteland zit. Dat we nu alleen met toeristen hoeven te delen.
Toeristen zijn best belangrijk voor de regionale recreatie- en horecasector, maar in de supermarkten vind ik ze geen aanwinst. Ze weten nooit de weg naar het goede schap, dragen verschrikkelijke vakantiekleding, vinden het thuis allemaal veel beter en laten dat in hun Hollandse dialecten (dat ze verwarren met ABN) luidkeels weten. En ze hebben geen haast. Langzaam rijden ze rond in auto’s, genietend van het Sallandse landschap maar vergeten dat wij, achter hen in de lange file rijdend, gewoon op weg zijn naar het werk.
Het standje dat premier Rutte ons vorige week gaf over een lakse houding wordt hier niet zo ervaren. Dat bezoekers aan de horeca zich nu eerst moeten registreren is geen probleem. Een beetje cafébaas in Salland weet precies wie er op zijn/haar terras zit, waar die er eentje van is, wat die wil drinken, of die met de eigen partner is of niet en of er nog een rekening open staat.