Uit de ratrace met Gert Harm ten Bolscher
(Door Gerlant Zielman)
ZWOLLE – “Precies, hij zat vast in de ratrace!” Dat stelt landbouwgedeputeerde Gert Harm ten Bolscher als ik hem vertel over mijn oude vader in Hoonhorst. Hoe ik geschrokken was op de dag dat hij 65 werd en ik hem vroeg: “Als je nu straks deze ronde vleesvarkens hebt afgeleverd, gooi je er dan nog weer nieuwe in?’ Hij antwoordde: “Nee, jongen, ik ben zo blij als ik straks van deze pröttel af ben.”
Mijn vader die mijn hele leven lang altijd aan het bouwen was, voorop ging, maar toen de beslissing om te stoppen genomen was, de knop omzette. Die ik nu tien jaar later ook echt niet meer mee krijg naar een agrarisch event.
Ten Bolschers woorden komen aan het eind van een intensief, maar ontspannen gesprek van een uur. Met als rode draad: Landbouw ligt onder vuur. Waar gaat Gert Harm met Overijssel heen? Hij heeft werktuigbouwkunde gestudeerd in Enschede (en een beetje chemie). Is bij vliegtuigbouwer Fokker gaan werken, maar na drie jaar de energiewereld ingerold in de omgeving van Bodegraven. Zuinig omgaan met energie, fossiele brandstoffen, bijvoorbeeld in kassen, werd als adviseur zijn ding en de landbouw liep daarin voorop, al ver voor dat de rest van de wereld daar mee bezig was.
Na tien jaar verhuisde hij terug naar geboorteplaats Rijssen om daar een vestiging van het bedrijf op te zetten. Toen kwam er een aanbod om directeur te worden van Geas Energiewacht in Enschede, hij werd ook statenlid voor de SGP en de afgelopen coalitie-onderhandelingen brachten hem het zware landbouwdossier. Zijn kennis over digitalisering, het creëren van een goed klimaat, wil hij inzetten om de sector verder te helpen in de opkomende ontwikkelingen. De sector is de afgelopen vijftig jaar een bepaalde hoek ingedrukt. Dat heeft veel goedkoop voedsel gebracht, maar daar is ook wat misgegaan. Hij wil terug naar de basis van landbouw, de natuur en daarin is de bodem cruciaal. De bodem, belangrijk voor ondermeer biodiversiteit, maar ook wateropslag is vaak geen onderdeel meer van het agrarisch opleidingssysteem.
Dat moet anders. De ratrace moet stoppen: landbouw en boeren naast Natura2000 gebieden gaan in de visie van Gert Harm, heel goed samen.
Noaberschap
Hoe we wegkomen van het huidige (tegenstrijdige) debat is de volgende vraag. Een klip en klaar antwoord heeft hij niet. Letterlijk zegt hij: “Dat is iets waar ik ook wel een beetje mee zit, maar overal waar ik kom, met wie ik ook praat, natuurbeschermers of boeren, de wil om samen te werken is er wel. Ik ben ervan overtuigd dat wij in het oosten van het land daar uitkomen. Het ‘noaberschap’ zit nog in onze genen. Dat moeten we terughalen.” Elke week doet hij een keukentafelgesprek, gewoon aan tafel bij de agrarische ondernemer, met medewerkers van natuurorganisaties of ondernemers uit de voedingsmiddelensector. Gewoon op de boerderij, de dagelijkse werkplek of in de fabriek. In acht van de tien gesprekken wordt opgemerkt dat ze, de boerenfamilies eigenlijk wel anders willen. Terug naar de schaalgrootte van hun ouders, met de stress die daar toen bij hoorde. Die hadden ook een goede boterham en een vakantie. En wat ze allemaal zeggen, is dat ze er weer perspectief in willen zien, maar ook dat ze de weidevogels weer terug willen en hem vragen om daar op te sturen. Natuurbeheer, zo is zijn overtuiging, gaat in de toekomst heel veel geld kosten. Hij ziet dat veel boeren daar best in willen investeren, niet allemaal en dat hoeft ook niet. Wat is er nu mooier dan dat een van de takken van jouw bedrijf natuurbeheer is? Naast het binden van CO2, het bergen van bijvoorbeeld water en het leveren van een goed stukje voedsel natuurbeheer als een stevige basis onder je bedrijf?
Stikstof
Het woord valt een keer. Hoe komen wij dan nu weg van de huidige stikstof discussies omtrent depositiecijfers? 46 procent door het RIVM, 25 procent door het Mesdagzuivelfonds. Dan weer 45 procent door het RIVM. De provincie die naar buiten brengt dat landbouw 75 procent uitstoot en ook ik ga twijfelen. “Daar moeten we ook direct mee stoppen. Er is maar een enkele boer die het (klimaat)probleem ontkent. We hebben in Nederland een rechterlijke macht die dingen toetst en daar hebben we modellen voor die dat mogelijk maken. De minister heeft nu de commissie Hordijk ingesteld die de modellen gaat toetsen en zolang moeten wij het ermee doen om vergunningen af te kunnen geven.” Moeten wij niet gewoon 50 procent emissies gaan reduceren? Allemaal, niet alleen de landbouwsector? “Ja, als we in Nederland wat willen doen, moeten we met z’n allen structureel wat gaan doen aan de emissie en daar afspraken over maken. Alles en iedereen moet terug en iets doen aan zijn of haar stikstofuitstoot.”
Predatie
Over de weidevogels. Als ik zondagsmiddags uitwaai in weidevogelgebied Lierderbroek zie ik Reintje de vos lopen. Ik kan je wel beloven dat die niet bij de slager zijn stukje vlees gaat halen. In Dalfsen zijn mensen wanhopig door de steenmarterplaag. Auto’s worden kapot gevreten, woningen en schuurtjes ook en die dieren zijn beschermd. Hoe gaat Ten Bolscher dat aanpakken? “In overleg met elkaar, boeren, burgers en natuurbeschermingsorganisaties, komen we daar wel uit.” Dat kan wel zo wezen maar in het westen waar ze de groene regeltjes maken, hebben ze deze problemen niet. Die voelen dat niet. “Dat is het goeie van de boerenprotesten, ik heb in driekwart jaar heel veel mensen daar leren kennen. Ik zie de minister regelmatig, nodig haar uit en dan laat ik haar zien hoe het werkt. Een stoppers- of verplaatsingsregeling voor een boer? Dat is mooi maar zo snel werkt het niet. Daar zit een gezin, een verhaal achter, dat heeft tijd nodig. We hebben in Overijssel de gebiedsgerichte aanpak. We kijken wat er op die plek nodig is voor landbouw en natuur. Ook dat laten we haar zien. De communicatieadviseur die er de hele tijd stilletjes bij heeft gezeten brengt in: “We hebben binnenkort de DG (directeur generaal, GZ) van het ministerie op bezoek. Misschien kunnen we het dan even over de steenmarters hebben.” Gert Harm lacht. “Ja, moeten we maar even kijken hoe we dat erbij in stoppen.”
Rode draad
De schrijver van dit artikel is initiatiefnemer van het boerenprotest Agractie op 21 maart in Zwolle-zuid. Onbewerkte producten verkopen van 12.00 tot 16.00 uur en de consument laten zien waar het nu fout gaat. Dat de boer maar 15 cent voor een kilo aardappelen krijgt terwijl de consument er 1,25 euro voor betaalt. Of maar 35 cent voor een liter melk. Een hele goede actie volgens Gert Harm. De rode draad bij alles wat hij zegt, is steeds: “We moeten met elkaar in gesprek.” Dus ik zie je daar? “Wanneer is het precies”, vraagt hij. De communicatie medewerker: “Ik ga even met collega’s overleggen dat ze filmpjes maken voor sociale media.” Gert Harm: “Zaterdagmiddag, dat moet ik even met mijn vrouw overleggen.” En dan lachend: “Ach en anders komt ze maar mee.” Ik ben er graag bij, want iedereen moet begrijpen dat degenen die ons voedsel produceren een eerlijke prijs moeten krijgen voor een kwaliteitsproduct.