Organisatie van Classic Race in Luttenberg hoopt op duizenden bezoekers
LUTTENBERG – Oude tijden laten herleven, dat is het doel van Stichting Behoud Luttenbergring, die het initiatief heeft genomen voor de organisatie van de Classic Race op zaterdag 12 oktober in Luttenberg.
De vijf bestuursleden hebben allemaal op hun eigen manier een band met de legendarische Raalte Races van weleer. En allemaal hebben ze iets met de motorsport. Na de vraag wie er in zijn jonge(re) jaren wel eens illegaal over de Luttenbergring (die normaal gesproken verboden is voor motorrijders) heeft gereden, klinkt er gelach. “Iedereen!”
Initiatiefnemer is Jeroen van Beek. Deze oud-Luttenberger was jarenlang manager van Racingteam Hageveld (van coureur Jarco Grotenhuis). “Vorig jaar tijdens Koele Koele sprak ik oud-coureur Marcel Hannink”, vertelt Jeroen. “Hij gaf aan dat hij graag een keer weer over het circuit in Luttenberg wilde rijden. Ik raakte daarna ook aan de praat met andere Luttenbergers en coureurs. Iedereen was enthousiast om weer een race te organiseren. En ik was natuurlijk de aangewezen persoon om dat te doen.” Jeroen begint te grijnzen: “Zoals dat dan gaat: ‘Daar heb jij mooi tijd voor, je bent toch gestopt met je team’.”
Bestuur
Jeroen zocht een bestuur bij elkaar. Dat vond hij in de personen van Theo Olde Hensken (ook al vrijwilliger bij de Raalte Races), Gerard Lammers en Paul Heuven (allebei aanwonenden van het circuit) en Paul Lugtenberg (oud-coureur).
“We krijgen advies van Evert Welvaart”, vertelt Jeroen. “Hij is een bekende in het wereldje. Hij raadde ons aan om dit buiten de bonden te houden. We hebben een internetpagina geopend, waarop coureurs zich konden inschrijven. Het liep storm. We hebben nu zo’n driehonderd aanmeldingen. Dat is heel erg veel! In totaal doen 225 coureurs mee. Sommigen nemen twee motoren mee. We hebben acht klasses, waaronder ook eentje voor zijspannen.”
Onder de coureurs ook bekende namen als Jon Ekerold (die in 1980, als onafhankelijk rijder – dus zonder steun van een fabriek – wereldkampioen werd in de 350 cc-klasse), Donnie McLeod, Theo Bult, Bert Smit, Hans Koopman en Marcel Ankoné. Jeroen verwacht er dan ook veel van. “Als het weer meezit, kan het maar zo eens zijn dat we drieduizend bezoekers trekken. Het leeft heel erg. Eén bericht van ons op Facebook is 67.000 keer bekeken en 725 keer gedeeld.”
Nostalgie
Maar alles draait natuurlijk om de nostalgie. Verhalen over de gloriedagen wel weleer zijn er genoeg. “Het was vroeger altijd héél gezellig”, vertelt Paul Heuven. “De avond ervoor was het groot feest. De nacht van Luttenberg. Alle rijders in de kroeg.”
“Ik liep vroeger hele avonden rond op het rennerskwartier”, vult Theo aan. “Ik heb nog in de tent van een bekende coureur gezeten. Hij lag zelf te slapen in een kruiwagen. Daar hadden ze hem maar ingelegd omdat hij te dronken was om op zijn benen te staan. En ik kan me ook nog herinneren dat een lid van de organisatie door een paar Luttenbergers werd meegenomen naar de kroeg. Daar gingen ze een biertje drinken. Hij voelde zich een hele meneer. Maar het was afgesproken werk. Op het moment dat hij binnenkwam, liepen enkele anderen de kroeg uit om de vrijkaarten uit zijn auto te stelen. En ik zie Valentino Rossi (één van de meest succesvolle coureurs ooit, red.) hier nog als een jochie rondfietsen omdat zijn vader Graziano meedeed.”
Uniek
Paul Lugtenberg: “Als kind was ik al helemaal gek van de motorsport. De hele dag fietste ik op mijn crossfiets over het rennerskwartier. Overall aan, overal crosstickers. En later heb ik zelf ook meegedaan. Wat de Luttenbergring zo bijzonder maakt? Er zitten enkele mooie bochten in. Je had vroeger wel meer stratencircuits, maar die waren dan vaak niet veel meer dan een rondje om de kerk. Rechttoe, rechtaan. Die bochten maken de Luttenbergring uniek.”
Jeroen: “Ik zie mijn vader en de buren nog zitten op een platte wagen. Ik was zelf bezig om te spelen met bierdopjes. Ik kan me nog herinneren dat ik tijdens de tweede serie races singletjes heb verkocht van Höllenboer: ‘Sie Braand’. Die had ik meegekregen van hun manager.”
Gerard: “De eerste keer in Luttenberg was de start/finish bij mijn ouders voor de deur. Het rennerskwartier stond in ons land. De voorkamer van mijn ouderlijk huis fungeerde als secretariaat. Het was zó primitief. Als ze water nodig hadden, moesten we een tuinslang aansluiten. ’s Nachts ging de deur niet dicht omdat er geen toilet was op het rennerskwartier. Ze moesten bij ons naar binnen.”
Het programma begint al op vrijdagavond 11 oktober. Die avond is een kleine tent op het rennerskwartier geopend. Coureur Jon Ekerold signeert zijn boek The Privateer. De trainingen beginnen zaterdagochtend om 9.30 uur. Het programma duurt die dag tot circa 18.30 uur. De entree bedraagt 5 euro (tot en met 14 jaar gratis).
Historie
In 1967 organiseerde de RAM Raalte de eerste editie van de Raalte Races. Toen nog in de buurt van Schoonheten. In 1970 vond het evenement voor het eerst plaats in Luttenberg. Aangezien de races meestal vlak voor de TT Assen werden gehouden, kwamen er veel bekende internationale coureurs op af. Die pakten in de vorm van het startgeld nog snel even een zakcentje mee. In de hoogtijdagen mochten de Raalte Races rekenen op meer dan 30.000 bezoekers. In 1989 vond de laatste editie plaats. De RAM had diep in de buidel getast om grote namen vast te leggen, maar moest toezien hoe door slecht weer de bezoekersaantallen flink achterbleven.
In 1997 probeerde Stichting Wegrace Luttenberg (voortgekomen uit de plaatselijke manege) het opnieuw. Veel grote namen kwamen er echter niet meer. In 2004 vond er bovendien een ongeval plaats, waarbij een coureur om het leven kwam. Einde oefening. In 2013 volgde de eerste classic race op het circuit. Daarbij gaat het niet om snelle tijden, maar om het rijden van een strakke gemiddelde tijd. En dan niet op spiksplinternieuwe motoren, maar op klassiekers. De tweede editie in 2014 was de laatste.
Foto: Een demorace tussen Graziano Rossi (56) en Jack Middelburg op de Luttenbergring. De laatste won. “Maar hij moest winnen omdat hij de lieveling was van het publiek. Rossi, hij was veel beter, werkte daaraan wel mee. Hij maakte er een show van!” Foto: Richard Woolderink