Het is begin april als ik op een mooie zondagmorgen naar Rijssen rijd. Hotel de Sallandse Heuvelrug is waar ik met Jan heb afgesproken. Jan is van Animal Rights en we kregen contact via social media eerder dit jaar, nadat ik een bedreiging heb gehad en ik daarom besluit thuis te blijven van een bezoek aan een bijeenkomst van die club in Den Haag.
Een amicale vent, een veertiger, staat me op te wachten. Ambtenaar, eerst bij defensie en nu bij een ander ministerie in Den Haag, vertelt hij. We weten elkaars standpunten over insluipingen in stallen al wel en het gesprek komt snel op ons beider zorg: De verharding in het debat en de dreigementen die er in beide kampen worden uitgesproken. Ik stel: “Er gaan binnenkort een keer gewonden vallen. Dat was ook de reden dat ik naar Den Haag wilde. Niet omdat ik dacht mensen op andere gedachten te brengen, maar om te weten hoe zij opereerden en mijn zorgen uit te spreken. Jan ziet dat ook als een zorg, maar ik zie ook vertwijfeling in zijn ogen. Hij straalt het namelijk uit: ‘Het is voor het goede doel’. Ik leg hem uit dat veganisme in mijn ogen niks meer is dan een geloof. Dieren op een gelijkwaardige manier als een mens willen behandelen, is in de evolutieleer net zoiets krankjorums, als het verhaal dat de Jehova Getuigen mij aan de voordeur proberen op te dringen. De mens is een jager en op het moment dat hij, opgesloten op een eilandje honger krijgt, pakt hij gewoon elk stukje vlees wat hij kan krijgen om te overleven. Voor Jan is dat een stap te ver. Dat denken is niet meer van deze tijd en dat ik zonder pardon een dier kan doden en eten, doet hem heel veel. Dat gedeelte van het gesprek laten we ook verder liggen.
We bespreken de gevolgen van de standpunten van Animal Rights, de manier waarop ze die uitdragen, het openlijk oproepen tot insluiping in stallen. De impact die dat op een boer heeft en hoe dat wordt ervaren. Die stal is een onderdeel van die boer zijn gezin en zijn woning. Zo wordt dat ervaren, vertel ik hem. “Jullie moedigen aan om zijn huis binnen te sluipen.” Het zijn de extremen die daar op aanslaan. Extremisme is de grootste zorg van de veiligheidsdienst AIVD stond in hun jaarverslag. “Dat hysterische mens dat mij belde en dreigde bij mijn gezin langs te gaan, terwijl ik in Den Haag was die avond, die ken jij niet. Daar hebben jullie geen grip op. Dat escaleert een keer.” Jan ziet dat wel, maar kopt ook keihard terug. Sommige boerenvoorlieden doen het zelfde. Zij roepen op tot verzet via Twitter, via Facebook en hij noemt namen. Hij heeft het over een Agri(o) beurs voor kippenhouders in Hardenberg waar boeren opgeruid werden. Ik beaam dat, vertel dat ik daarbij was en dat ik met een misselijkmakend gevoel zag en hoorde, hoe oud kamerlid Gert-Jan Oplaat, zorgvuldig zijn woorden kiezend, uitspraken deed. Hoe ik mij doodergerde aan de vraag of er in de zaal mensen zaten die misschien bedreigingen hadden meegemaakt? En dat er dan in die twintig koppen tellende groep, toevallig een nertsenhouder zit die zijn verhaal wel wil vertellen. Op een kippenbeurs notabene, een nertsenhouder. En die er de volgende ronde ‘toevallig’ weer zat en weer zijn verhaal van verzet wel wilde vertellen. En hoe ik er na die tijd bijstond, te observeren toen een medewerker hem nog een presentje toeschoof als bedankje voor zijn goede verhaal. Over hoe ik door een Raalter wijkagent een tijdje geleden werd aangesproken en mij tussen neus en lippen door werd verteld dat sommige vooraanstaande Twitter-boerinnen in den lande, wel heel extreem werden en dat ze wel eens wat dimmen mochten. Ik mij verbaasde dat hij op de hoogte was van wat er op Twitter binnen en buiten zijn gemeente werd geschreven. Ook ik schrok van die betekenis.
Jan en ik, wij praten nog een poosje over koetjes en kalfjes, maar vooral over onze zorgen. De extremen. Na twee uur praten, nemen we afscheid en op social media maken we melding van ons gesprek. Jans geloof, daar verander ik niks aan. Maar dat hij met andere ogen terug is gegaan naar Den Haag, geloof ik wel. Het is de manier waarop wij ons op de voorgrond uiten wat bepalend is, of er al of niet gewonden gaan vallen. Hij zal zijn verantwoording nemen, ik de mijne. Na vier weken moet ik maar eens door deze zure appel heen.
Laat je de kop niet gek maken mensen. Extremisme voedt aan twee kanten. #doeislief
Gerlant@regiobode.nl
Mooi stuk Gerlant! Het is ook oorverdovend stil, omdat niemand hier wat tegenin kan brengen lijkt me zo.
Van beide zijden argumenteren is altijd beter dan gekleurd geroep. mooi.