In een antwoordbrief zegt het College de klacht niet te kunnen behandelen. Het gaat namelijk om een zaak op basis van de woonplaats, terwijl het College alleen oordeelt over zaken die met discriminatie wegens onder meer godsdienst, levensovertuiging, ras, nationaliteit of geslacht hebben te maken. “Als het gebruiken van de woonplaats als criterium ertoe zou leiden dat met name een bepaalde groep wordt uitgesloten die wel beschermd wordt, dan zou het College misschien onderzoek kunnen doen”, zo schrijft mr. Dr. Loof namens het College. Overheidshandelen zoals de keuze voor de aanleg van wegen valt ook niet onder de wetgeving voor gelijke behandeling.
Huls is uiteraard teleurgesteld over het afwijzende antwoord, al had hij daar wel rekening mee gehouden. Hij geeft zijn strijd echter niet op en wil zijn zaak nu bepleiten bij de bestuursrechter. “Daarvoor is het weliswaar niet verplicht om een advocaat te gebruiken, maar het is natuurlijk beter gebruik te maken van een topper. Ik roep dan ook nadrukkelijk de hulp in van een topjurist die thuis is in het omgevingsrecht om een dergelijke procedure te beginnen”, zo laat de Raaltenaar in een reactie weten.
Volgens hem worden de inwoners van Overijssel (en andere provincies buiten de Randstad zoals Groningen) ernstig benadeeld in de economische ontwikkeling, de verkeersveiligheid en de milieuproblematiek en leidt dat tot leegloop van dorpen. Uit zijn berekeningen komt een bedrag van 2,4 miljard euro dat de rijksoverheid in 10 jaar in Overijssel had moeten investeren in betere (spoor)wegen naar voren als het gemiddelde bedrag per inwoner hier net zo hoog was geweest als in Utrecht. Huls wil nog deze maand de eerste stappen naar de bestuursrechter zetten.
Meer foto's
