We hebben een bepaald ritme gevonden bij dat ritueel. Een camping ergens in het Nederlandse opzoeken, inchecken, de caravan plaatsen, samen als een geoliede machine de boel opbouwen, inrichten en met een uur is alles klaar. Vrouw en kids gaan dan op verkenning en ik leg de benen op een stoel en pak een paar potten bier onder de luifel. Tegen etenstijd verzamelen we op het terras bij de horeca en vieren we het begin van de vakantie met een etentje. Dit jaar was anders. Mijn vrouw moest vrijdag nog werken en we besluiten dat ik met de kids alvast ga en zij zaterdag in alle rust na komt.
Net over de IJsselbrug bij Zwolle en onze pubers die het hoogste woord hebben. Al fantaserend over wat ze gaan eten komt onze Benjamin van negen, die op een ereplaats naast me zit, met een prangende opmerking. Zij is niet gelukkig met de situatie en wil het etentje uitstellen tot zaterdag als mama er ook bij is. Na wat gesputter op de achterbank besluiten we dat we pannenkoeken gaan eten en de Benjamina ze voor ons gaat maken. Beslag hebben we bij ons en dat we de eieren zijn vergeten is geen probleem, die haalt ze zelf in de campingwinkel.
Terwijl ik geniet van het uitzicht aan de vijverrand, het bier en de pubers in de caravan met hun telefoon het Wi-Fi signaal uitproberen en ik in vakantiemode probeer te komen staat mijn kleine meisje ineens met betraande ogen en lege handen voor me.
Hey meid, wat is er? ‘Een mevrouw in de winkel zij dat ik geen eieren mocht kopen want dan ga ik dood’, snikt ze uit. ‘De mevrouw van de winkel’, vraag ik verbaasd? ‘Nee, zomaar een oma en ze zij dat jij heel dom was dat je dat niet wist en ze deed heel boos’, snikte mijn kleine meid.
Weg vakantiegevoel. Inwendig aan de kook. Wel g..ver hier en de ginder. Die olde tutte, waar bemoeit ze zich mee. Uit de caravan komt een puber met: ‘Ja pap, heb je het niet gehoord dan. In eieren zit fille nog wattes en kinderen gaan daar aan dood. Hoe kun je zo dom wezen om dat niet te weten?’ De ander doet er nog een schepje boven op…
Natuurlijk heb ik gelezen hoe Nederland in de ban is van het Fipronil schandaal. Natuurlijk heb ik gezien hoe eenzijdig de berichtgeving weer is. Natuurlijk heb ik ook op mijn tijdlijn gezien hoe kippenboeren wanhopig proberen hun klanten gerust te stellen dat zij dat middel niet gebruikt hebben, er met hun eieren niks mis is. Ik heb uiteindelijk ook gezien dat boeren met de eieren blijven zitten. Erger nog, de kippen moeten vernietigen omdat vijf weken wachten tot het middel is uitgewerkt geen optie is. Het zoveel geld kost aan voer en andere dingen dat het financieel niet te dragen is voor die boer.
Een goede kennis van me werkt in de supermarkt. Toen ik van de week boodschappen deed en er drie doosjes van 15 eieren door haar handen gingen bij de kassa moest ze toch even vragen of ik niet bang was om ziek te worden. Zij was niet zo’n eier-eter, maar de eieren die ze in huis had, had ze maar weg gedaan. Ze had niet eens naar de codes gekeken. Voor haar voorlopig even geen ei.
De frustratie komt naar buiten en de brutale pubers krijgen de volle laag. Ik dacht dat ik jullie geleerd had om voor je zelf te denken? Nooit op wat men zegt af te gaan, maar zelf na te denken. Wat is Fipronil, kom op gebruik die rotterige telefoon voor wat nuttigs! Al gauw komt er uit de caravan dat het onder andere een middel is tegen vlooien, mijten en teken bij katten. Ook bij honden wordt het gebruikt. In Amerika gebruiken ze het tegen termieten, weet onze brugpieper. Wat nog meer? Google eens verder. Niet alleen de eerste pagina’s. Daar staat het komkommernieuws van de laatste week. Allemaal nieuwsberichten van media die zich dood moeten schamen media te heten. Vooruit, een paar bladzijden verder.
Op Facebook is iemand die zegt dat in Sri Lanka mensen geprobeerd hebben zelfmoord te plegen maar dat ze het allemaal overleefd hebben, weet de oudste. Er staan ook allemaal bronnen bij. Ze zoeken samen daar op verder.
Mijn jongste zit bedreten naast me en vraagt hoe dat dan zit met de kippen en het ei. Ik leg haar uit dat het middel in 1898 is uitgevonden en tot vorig jaar gewoon legaal in de handel was. Dat ‘men’ heeft bedacht dat het beter was om het niet meer te gebruiken en het nu verboden is bij kippen. Dat ergens een bedrijf dat boeren helpt zich waarschijnlijk heeft vergist en er toch wat van dat spul bij sommige bedrijven is gebruikt. En dat van die boeren de eieren nu niet meer verkocht mogen worden. ‘Dus die boeren hebben niks fout gedaan?’ vraagt ze blij. Ik beaam dat en vergeet bewust te melden dat elke boer verantwoordelijk is voor de dingen die op zijn bedrijf gebeuren. Dat die van de wet moet weten wat voor middelen er worden gebruikt. Maar ook dat dat bijna een onmogelijke opgaaf is als boer. Je kan niet alles weten, je bent geen doctor en je moet soms blind gaan op een behandelaar.
Uit de caravan komt; ‘Pap, bij katten gebruiken ze 50 mg Fipromil per behandeling. In deze eieren zit 0.0005mg/kg volgens de NVWA (Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit), dus als je die kerel op Facebook moet geloven kan je een vrachtwagen vol eieren eten en ga je nog niet dood. Dus, als ik het goed begrijp hebben we tot 1 januari dat altijd gegeten en gingen we er niet aan dood en nu in eens wel?’
De oudste met een voorliefde voor suikermais vindt dat het ook gebruikt word bij maïs om zaden te behandelen. ‘Dus via de maïs mag het wel maar via een ei niet?’ Ja. Een ander antwoord is er niet.
Ze vliegen naar de winkel en komen terug met de eieren en hebben grote schik. Als ik vraag wat er is proesten ze het uit en vertelt de oudste lachend dat die mevrouw er nog was. Ze stond bij de buitendeur hele verhalen te houden over stomme boeren die maar alles deden voor een paar centen en daarom gerust iedereen vergiftigen. ‘En’, vraag ik? ‘O niks, ik heb haar gezegd eerst eens te googelen en beter bij jou uit de buurt te blijven met haar gekakel. Dat jij haar bij kop en kont zou pakken, elk gat wat ze had vol zou stoppen met Fipronil en haar dan nog rauw lust…’
De dame was in een keer stil en stond naar lucht te happen. ‘Oh pap je had haar moeten zien’, gieren ze het vijf minuten later met hun drieën uit, terwijl ze samen pannenkoeken maken. Maar ik lach niet mee, ben me veel te goed bewust van de imagoschade in die sector, het vele geld dat dit de boeren weer kost, het onnodig vernietigen van dieren en de persoonlijke dramas die daar weer achter schuil gaan. Ik pak m’n biertje en laat m’n gedachten er nog eens over gaan als de jongste bij mij komt, me knuffelt en zegt. ‘Ik vind het zo erg papa. Voor die boeren en die kippen. Waarom doen grote mensen toch zo stom?’ Ik kom niet verder dan haar te knuffelen en voor me uit te kijken over de vijver. Komt ze met het volgende: ‘Pap? Je zegt ook altijd dat als we onrecht zien we er iets mee moeten doen. Wat ga jij nu doen?’
Meer foto's
