Gemiddeld gooien wij als consument zeventig kilo per jaar aan eten weg. Een deel is botjes en schillen, maar bijna vijftig kilo is voedsel dat nog te eten was geweest. De verspilling neemt al jaren niet meer af en volgens de overheid is de houdbaarheidsdatum de grote boosdoener. Zo gooit zestien procent van de mensen een artikel meteen weg als het ‘over de datum’ is. En dat is echt zonde!
Waar ik vroeger als klein jochie thuis graag datumpolitie speelde, let ik nu nooit meer op houdbaarheidsdata. Ik vertrouw mijn ogen en neus meer dan een verplicht stempeltje op een verpakking. Als de rosbief grijs is geworden, gooi ik het weg. Maar een pak melk met de datum van eergisteren? Daar is echt niets mis mee. En data op macaroni, zout, azijn, suiker, wijn, koffie, thee, rijst, meel en water slaan al helemaal nergens op.
Als de overheid echt iets wil doen aan verspilling, kunnen ze zich beter richten op verpakkingen en hoeveelheden. Want als ik een paar ringetjes van een rode ui op mijn broodje hamburger wil, moet ik drie rode uien in een netje kopen. Rode uien die ik verder nergens voor gebruik en dus, om verspilling tegen te gaan, op de weggeefhoek moet zetten.
Wat er uiteindelijk met die producten is gebeurd die ik twintig jaar geleden bij mijn ouders op het aanrecht heb gezet, weet ik niet, maar ik hoop dat ze nog steeds in huis zijn, want het is nog prima te eten. Zullen we dit weekend komen eten mam? Misschien iets waar ook rode uien doorheen kunnen?
Meer foto's
