Ik vroeg om uitstel van het een of ander. Zij beantwoordden die brief. Ik heb ze van de week deze brief terug geschreven.
Geachte belastingdienst,
Dank voor jullie antwoord op mijn schrijven van 25 maart, dat jullie gebombardeerd hebben tot ‘vooroverleg gebruikelijk loon 2017’ whatever that may be.
Sinds mijn verzoek ineens ‘vooroverleg gebruikelijk loon 2017’ is, moet het kennelijk gelijk ook aan de regeltjes daarvan voldoen. Heerlijk. Gelukkig hebt u die regeltjes toegevoegd in uw antwoord. Ik heb namelijk geen idee. Ik ben immers burger, geen medewerker van de Belasting.
Het zou te makkelijk zijn mij de nog ontbrekende informatie even te vragen, dus hebben jullie gewoon alle regels die bij een ‘vooroverleg gebruikelijk loon 2017’ horen, in jullie antwoord geknipt en geplakt en ’zoek het lekker verder zelf maar uit’.
Ikzelf heb júllie brief gebombardeerd tot ‘een wekelijkse column’ en stond op het punt de daarbij behorende regels in mijn antwoord te knippen en plakken, met de opmerking dat jullie antwoord niet voldoet aan de eisen daarvan. Maar bij nader lezen trek ik een andere conclusie.
Die brief van jullie, het is een en al column.
Mooi vaag begin. In het midden fantastische taal waarin u er blijk van geeft de burger niet serieus te nemen. Voorbeeld 1: de voorwaarden voor een correct verzoek staan beschreven in paragraaf 3 van het Besluit Fiscaal Bestuursrecht (Besluit van 15-2-2016, Nr. BLKB 2016/19). Om van te smullen. Voorbeeld 2: U kort het ‘fiscaal nummer’ af met RSIN. Hoe bedenk je dat. Ik herhaal: DTGI.
Jammer dat de heer Bekhuis afsluit met een stempelhandtekening en niet een inhoudelijke wending bedacht heeft, een slotzin die tot denken zet, waardoor mensen de column wat langer in hun hoofd houden, zodat de columnist als vanzelf de boodschap in zijn geest slijt.
Mag ik u danken voor uw bijdrage in mijn column en stik d’r verder mar in.
Denne van Knöldert
Meer foto's
