We besloten op de fiets te gaan, want het regende. Dat is tactiek, want dan ben je blij als je er bent. En eerlijk is eerlijk, het werkte. Een groot deel van kerstmarkt was overdekt, er was muziek en overal stonden vuurkorven te branden. De kerstmarkt was – vooruit ik geef het gewoon toe – gezellig. Zo op het eerste gezicht tenminste.
Op het tweede gezicht werd dat al anders. Dat kwam vooral omdat we bij de eerste drie kraampjes al zes keer werden aangesproken of we iets wilden kopen. Bij kraampje nummer vier maakte ik de fout door één seconde te lang naar een potje honing te kijken. De verkoper dacht dat ik geïnteresseerd was en stak van wal. Pas na tien minuten had ik het lef om te zeggen dat ik geen honing lust.
Bij kraampje vijf tot en met vijfhonderdtachtig werd het er niet beter op. Het waren of vage goede doelen, of biologische rechtsdraaiende onzinproducten, of kerstbakjes die zelfs voor een gemiddeld bejaardentehuis nog te ouderwets waren. En als de kinderen dan ook nog huilen omdat ze per ongeluk balkenbrij in hun mond stoppen terwijl ze denken dat er chocola op het dienblad ligt, dan fiets je met liefde door de regen weer snel naar huis.
Nee. Eigenlijk houden we helemaal niet kerstmarkten. Ik niet, mijn vriendin niet en de kinderen al helemaal niet.
Rick Evers
Meer foto's
