Zaterdag krijgen de inwoners van de Elshof een nieuwsbrief waarin ‘de zaak’ uitgelegd wordt. De gemeente hecht er namelijk waarde aan hen te bedanken voor het prima opvangwerk dat ze verricht hebben, iets wat ook onderdeel is van de proef waarvan de zestien statushouders, de bewoners van de Elshof en de gemeente Olst-Wijhe onderdeel zijn.
Tussenstap
De proef betreft de door het Rijk geboden mogelijkheid statushouders vanuit een AZC via een tussenstation te laten integreren in de Nederlandse maatschappij. Als mensen naar Nederland vluchten komen ze eerst in een AZC. Als ze terecht gevlucht zijn krijgen ze de status dat ze hier mogen blijven, waardoor ze als statushouder recht hebben op een woning. Dat proces van AZC naar woning wordt in Olst-Wijhe met een tussenstap gedaan.
Op drie andere plaatsen in Nederland wordt dat ook als proef ingezet, onder de naam gemeentelijk versnellingsarrangement (GVA). De gedachte daarachter is dat de statushouders vanuit een gezamenlijk onderkomen beter kunnen integreren dan dat ze gelijk afzonderlijk in een woning terecht komen. Voordeel is dat als ze eenmaal statushouder zijn, ze dan sneller uit het AZC weg kunnen (sommigen wonen daar al acht jaar), ze gezamenlijk kunnen werken aan hun integratie in de woonplaats waar ze uiteindelijk ook hun woning aangeboden krijgen, maar ook dat een gemeenschap zich met de integratie kan bemoeien zodat ook vanuit ‘de Nederlandse kant’ die integratie bevorderd wordt.
Geen Syriërs
De zestien statushouders in de voormalige basisschool van de Elshof hebben niks te maken met de vluchtelingenstroom vanuit Syrië. Ze komen allemaal uit Eritrea. Het zijn allemaal twintigers die vermoedelijk het land en daardoor de dienstplicht ontvlucht zijn die in praktijk feitelijk betekent dat je soldaat bent tot de dood er op volgt. De vrouwen zijn meestal extra getraumatiseerd wegens verkrachtingen, waar ze niet in de laatste plaats slachtoffer van werden tijdens de vlucht.
Behulpzame buurt
In mei kwamen de Eritreeërs naar de Elshof. Ze waren daarmee enerzijds verlost van het AZC, maar ze hadden anderzijds verwacht in een woning te komen. Dat hadden ze van voorgangers begrepen, die in veel gevallen ook nog eens een keer in een stad terecht kwamen. Dan kan een leeg schoolgebouw op de Elshof een tegenvaller zijn. Olst-Wijhe schakelde per direct Elleke Steenbergen in om de integratie te begeleiden: “Ik kan me voorstellen dat ze teleurgesteld waren. Van de andere kant: er was nog geen woning beschikbaar, dus was het of dit, of nog langer in het AZC.” Steenbergen is cultureel antropoloog en benadert de problematiek daarom ook met kennis van de cultuur en de afkomst van deze Eritreeërs. “Deze zijn lager opgeleid en ze leven vooral in sociale gemeenschappen die in hun cultuur belangrijker geacht wordt dan het individu.”
In de Elshof bracht dat alles met elkaar twee processen op gang. Aan de ene kant werden de statushouders allerhartelijkst opgevangen. “De buren zijn volkstuintjes met ze gaan aanleggen. Ze werden uitgenodigd op het feest van de Elshof, ze zaten op de trekker van boeren hier uit de buurt. Toen de wasmachine kapot was is er zo snel mogelijk voor vervanging gezorgd. En omdat ze aangaven dat de twee slaapzalen te weinig privacy boden is samen met de buurt gewerkt aan veertien aparte kamertjes. Ingericht en al. Ik geloof dat ik de tweede dag van hun verblijf al kennis ben wezen maken.”
“Maar aan de andere kant kwam in de krant te staan dat er privacygebrek was, dat er geen wasmachine was, dat er nooit iemand van de gemeente op bezoek kwam. Dat gaf ze het gevoel dat er meer te halen viel en toen zijn ze actie gaan voeren.” Ze hebben zelfs met z’n allen de weg voor de school langs geblokkeerd.
Steenbergen: “Ik heb ze toen uitgelegd dat dat tot arrestaties kon leiden en dat ze dan zo maar op een vliegtuig terug naar Eritrea terecht zouden kunnen komen. Maar vanuit hun cultuur snap ik die acties wel. Eritreeërs onderhandelen over alles, kijken of er nog wat meer te halen valt. En ze hebben daar geen persvrijheid. Ze snappen helemaal niet hoe dat hier werkt met journalisten.”
Hoe nu verder
Het is nog de vraag hoe het proces zich verder voltrekt. Als de Eritreeërs zich vandaag inschrijven in Olst-Wijhe, gaat het inburgeringsproces gewoon verder. “Want we zijn al een heel eind op streek. De statushouders leren Nederlands. Er zijn al bedrijven in de regio die hen een stageplek aanbieden. De buren in de Elshof – vooral de directe buren – zijn zelfs al gehecht aan hen en willen heel graag verder helpen bij de integratie.” Gaan ze zich niet inschrijven, dan is verplaatsing naar een andere tussentijdse opvang een optie.
Welke oplossing het ook wordt, de Elshofschool blijft gebruikt worden voor het project waar Olst-Wijhe zich voor aanmeldde. Ook volgende statushouders die de gemeente opvangt zullen eerst daar terecht komen zodat de integratie stapsgewijs verloopt en zodat er niet op stel en sprong woningen beschikbaar hoeven zijn.
Meer foto's
