We startten onze toektocht naar de relatie tussen commericële en para-commerciële horeca na het sluiten van Bosgoed in Heeten. “Het horecalandschap verandert” zei Remco Dufour toen. Hij koos er voor dat niet nader te specificeren, maar in Heeten heb je het Trefpunt als een eventuele concurrent, maar op het platteland is het ook vergeven van de ‘zuipketen’ waar jongeren hun drankje doen, nu ze dat niet meer in het café mogen onder de 18.
In Raalte is deze week een commericeel horecabedrijf in Tijenraan gesloten. De gemeente gaat daar de horeca zelf nu exploiteren. Dat zie je ook in veel Kulturhusen. Die draaien voor een belangrijk deel op de baromzet.
We zetten onze vraag naar commericële en para-commerciële horeca uit aan alle fracties van de politieke partijen in Raalte, Olst-Wijhe, Dalfsen en Ommen. We kregen antwoord van de SP en GemeenteBelangen in Raalte, de PvdA in Dalfsen en D66 in Olst-Wijhe. De antwoorden lopen wel wat uiteen, maar de politici zien het anders dan Horeca Nederland: het is niet zo’n groot probleem.
SP Raalte
Anke Hoeneveld van de SP in Raalte meent “dat zowel commerciële horeca als Kultuurhuus of Multi Functionele Accommodatie (dorpshuizen) in goede symbiose naast elkaar kunnen bestaan, ook in de kleine kernen. De functie van een Kultuurhuus of een MFA ligt zeker niet bij commerciële horeca.”
“Het Kultuurhuus of de MFA kan wel zalen verhuren en koffie, thee of fris schenken, maar zal daarnaast vooral catering “inhuren” van de nabije horeca. Op die manier kunnen ze elkaar zelfs versterken. Samenwerking of afstemming tussen commerciële horeca en Kultuurhuus of MFA is daarbij van groot belang.”
PvdA Dalfsen
Johan Wiltvank kijkt ook genuanceerd naar de problematiek. Dat maakt het lastig, want mensen willen een eenduidig antwoord. “Dat kan hier niet zomaar” vindt Wiltvank. Maar desondanks:
“Voor wat betreft de sportkantines: Dat is voor menig horeca-ondernemer een steen des aanstoots. In Dalfsen hebben we een helder beleid uitgestippeld wat mag en niet mag; en daar wordt ook behoorlijk op gehandhaafd. Wat de PvdA betreft is dat daarmee prima geregeld.”
De concurrentie vanuit Kulturhusen en andere vergaderlocaties zie ik niet direct. De bezoekers daar, komen een bijeenkomst of vergadering bijwonen en drinken na afloop nog wat. Dat is echt wat anders dan horecabezoek en ik vermag de concurrentie daar niet zien. Het is niet logisch te veronderstellen dat die vergadertijger, in geval er geen vergadering zou zijn geweest, wel een bezoekje aan de horeca zou hebben gepleegd. Als een horecaondernemer moet opgeven – hoe spijtig ook – omdat er een vergaderlocatie aan de overkant zit, dan is toch ook de vraag wat de levensvatbaarheid is van die horecaonderneming.”
“Wat anders wordt het, als die vergaderlocaties/Kulturhusen gebruikt gaan worden voor feestjes en partijen of als ze een café gaan runnen. Dan heeft de horeca een terecht punt want dat kan niet de bedoeling zijn.”
Samenvattend
– ja, Kulturhusen c.s. mogen een in hun gebouwen ook een kop koffie en een glas drinken schenken, mits dat samenhangt met de rol die ze als culturele instelling vervult. Een café, feestje of partijtje kan dus niet.
– Horeca wordt volgens mij voldoende beschermd. Dat de horeca dat anders ziet heeft ook te maken met de eigen (weliswaar volstrekt legitieme) commerciële belangen.
GemeenteBelangen Raalte
Jasper Guldemond van GemeenteBelangen Raalte citeert uit de horecaverordening van 2014: Die maakte het mogelijk om in MFA’s feestjes van persoonlijke aard te houden, met een maximum van 20 keer, met een maximum van 30 personen per keer.
“GemeenteBelangen heeft hier toen mee ingestemd, omdat het beter was dan eerst. Toen was er formeel helemaal geen mogelijkheid tot het houden van een feestje in een MFA. Wij hebben toen wel opgemerkt dat de verordening voorbij gaat aan het feit dat in elk dorp de MFA een unieke invulling geeft aan zijn rol. Een invulling die de lokale horeca vaak niet kan bieden.”
“Deze invulling kan sterk verschillen per dorp. Wij hebben toen opgeroepen tot maatwerk. Inmiddels wordt er onder leiding van de burgemeester hard gewerkt aan dat maatwerk. Dat is mooi. MFA’s en lokale horeca zouden elkaar moeten versterken, en dat blijkt ook mogelijk, als de afstemming maar gezocht wordt.”
D66 Olst-Wijhe
D66 Olst-Wijhe ziet de overheid niet als partij als het gaat om verenigingen en ondernemers die bij elkaar in de buurt een horeca gelegenheid hebben. Er zijn genoeg voorbeelden waarbij ondernemers en verenigingen elkaar juist opzoeken en versterken. Bijvoorbeeld De Brasserie in Olst en het Kulturhus, Infocentrum Den Nul en Ripperda en zelfs de pannekoekendag in De Bastiaan en het Pannenkoekenhuis in Olst werken samen.
Fractievoorzitter Maartje Lof: “Een gesubsidieerde instelling, vereniging of stichting mag wat ons betreft ook horeca hebben, zolang het doelmatig is. Een voetbalvereniging die een biertje schenkt na afloop van een training, een buurthuis die koffie schenkt voor bezoekers, zolang het ondersteunend is aan het primaire doel van de instelling. Een voetbalvereniging die trouwerijen organiseert is dus niet goed bezig, dan moet de overheid ingrijpen.”
“Wij willen bovendien kijken naar wat we er voor terugkrijgen. De maatschappelijke meerwaarde is ook wat waard, maar die is niet altijd in geld uit te drukken. Onze oproep aan ondernemers is om met deze clubs in gesprek te gaan, kijk waar je elkaar kunt versterken.”
Meer foto's
