Door Harrie Kiekebosch
Breed glimlachend spraken we met elkaar op de trap. Als op weg naar de bus voor een kinderfeestje. Beetje keten met elkaar. Je kent dat wel.
Een collega liep nog even terug, die had haar paraplu vergeten. En iemand anders wilde toch nog even haar jas ophalen.
Tussen de zesde en de vijfde verdieping kwam ik een paar BVH’ers (bedrijfshulpverleners) tegen met een serieuze blik in de ogen. Als je mensen de sleutel van de bezemkast geeft, gaan ze zich al anders gedragen omdat ze dan de verantwoordelijkheid over de bezems hebben. Bij BVH’ers werkt dat ook zo.
En op de vierde zag ik een hulpeloze jongeman in een rolstoel. Tja, liften kun je niet meer gebruiken als er brand gesimuleerd wordt. Want stel dat de lift uitvalt en je zit er in. Leuk is dat met al die oefeningen. Moet je iedere keer al die trappen afgezeuld worden, terwijl je weet dat het voor niets is.
Op de eerste verdieping kwam me de vetlucht van de kroketten en de frikadellen tegemoet. Uit zelfbescherming kom ik niet zo veel in de bedrijfskeuken.
Ik was nog niet uit het trappenhuis op de begane grond, toen het alarm al weer over was. Ik kon terug naar boven. Zeven verdiepingen hoger had ik mijn dagelijkse beweging gehad en meteen ook deze opinie in mijn hoofd klaar:
Mij lijken dit soort brandweeroefeningen zinloos. Het lijkt me een voorbeeld van de al maar verder gaande debilisering van de maatschappij. Ten eerste is het opgedreven kantoorpersoneel in een heel andere staat als er echt brand is. Ten tweede gelooft niemand het als er echt brand is (zal wel weer een oefening zijn). Ten derde ís er nooit brand!
Wat mij betreft is er ook nog een wel een ten vierde en vijfde.
Die ten vierde gaat over de opmerking dat bij iedere oefening toch maar mooi weer blijkt dat behoorlijk wat piepers van de BHV’ers het niet doet. Ik zie daar eerder een bewijs in dat de oefeningen níet helpen. Want dan zouden die piepers het wel eens een keer goed mogen doen.
Die bedrijfskantine is mijn ten vijfde. Ik durf de veronderstelling aan dat de kans groter is dat mijn collega’s of ik ernstige gezondheidsklachten krijgen van de vette bedrijfskantine dan dat we iets oplopen door een brand. En dat zeg ik niet wegens ónze kantine, maar wegens álle kantines.
Als we écht om veiligheid geven, zouden we iedere week een rampenoefening over het eten in de bedrijfskantine moeten houden. En ook iedere week maar gelijk een rampenoefening over het eten dat Unilever via de supermarkten ons huis in weet te krijgen.
Meer foto's
