Er heerste onenigheid in de kerststal. Jozef en Maria stonden kwaad tegenover elkaar. Inzet van de ruzie was de pony. Het was namelijk zo: de ezel die elk jaar kwam was hoogzwanger en kon elk moment bevallen, daarom was er dit jaar een pony. Kobus. Een vriendelijke, oude Shetlandpony.
‘Die hoort er niet bij!’, zei Maria heel beslist. ‘In de stal horen een os en een ezel’. ‘De godsdienstjuf heeft anders gezegd dat die os en die ezel er ook niet bij horen. Die zijn er later bij verzonnen’. ‘Dat kan wel wezen, maar een pony hoort er helemaal niet bij!’.
Zo gingen ze tekeer. De herder had geen mening over deze zaak, hij had vooral zin in warme chocolademelk. Maar daarvoor moest hij nog een uur de kou én Jozef en Maria verdragen.
Kobus dacht bij zichzelf: ‘Hoe moet dat nou met vrede op aarde als ze zelfs in de kerststal ruzie maken?’
Terwijl de engelen van het schoolkoor – met witte jurk én vleugeltjes – de kerk ingingen om te gaan zingen werd de ruzie grimmiger. Jozef verweet Maria dat ze altijd op alle slakken zout legde. Maria verweet Jozef dat hij een slapjanus was.
‘Ik ga de dominee wel even vragen’, zei de herder, en piepte snel de kerk in om de dominee om raad te vragen. Die had zijn hoofd er eigenlijk helemaal niet naar staan, maar de herder hield aan, en uiteindelijk ging de pastor overstag.
‘Wat is er aan de hand?’.
‘Maria zegt dat de pony niet in de stal hoort’, zei Jozef boos.
‘Waarom niet?’, zei de dominee. ‘Stinkt ‘ie?’.
‘Nee’, zei Maria. ‘Maar die pony hoort hier niet. Zonder ezel is het niet echt!’.
De dominee keek haar met grote ogen aan. Toen zuchtte hij. Hij keek naar het kindje Jezus dat in de kribbe lag. Hij dacht aan het schorriemorrie dat volgens de profeet Jesaja getuige zou zijn van de komst van de Messias. Hij keek naar Kobus, die alles gelaten over zich heen liet komen.
‘Ik denk’, zei hij, ‘dat het kindje Jezus er geen bezwaar tegen heeft. Iedereen is welkom, of je nou een pony bent of niet’.
En daar moesten ze het mee doen. Binnen in de kerk zongen de engelen ‘Vrede op aarde’. Na die tijd was er warme chocolademelk. En ergens ver daar vandaan beviel de ezel van haar eerste jong.
ds.Henk Spit
protestantse gemeente Diepenveen
Meer foto's