Met 4,25 miljoen euro had reisorganisatie Oad gered kunnen worden. Dat meldt het Financieel Dagblad. De Rabobank, die destijds nog bijna 12 miljoen euro te goed had van de vorig jaar failliet verklaarde reisorganisatie uit Holten, had als eis dat de financiële positie van Oad versterkt zou worden. Oad kon echter niet genoeg financiers vinden.
De bank eiste dat aandeelhouders 6,75 miljoen euro op tafel zouden leggen. Maar de familie Ter Haar, de enige aandeelhouder, wilde en kon niet meer inleggen dan 2,5 miljoen euro. Dat liet een gat van 4,25 miljoen euro achter, wat neerkomt op nog geen 2.500 euro per medewerker.
Oad stond sinds medio 2012 onder toezicht van de Rabobank en er werd een speciaal herstelplan opgesteld. Het bedrijf was nog maar net begonnen met het uitvoeren van dit plan, toen de Rabobank met extra eisen kwam. In eerste instantie ging het om kapitaalversterking van 10 miljoen euro, later werd dat 6,75 miljoen euro. Bovendien liet de bank weten de bankrelatie op termijn te willen beëindigen.
Oad deed er daarna alles aan om externe geldschieters te vinden, maar dat lukte niet binnen de gestelde tijd. Ook niet nadat commissaris van de Koning Ank Bijleveld de Rabobank aandrong op een aantal extra dagen. Eigenaar Julius ter Haar verweet de bank na het faillissement in september 2013 dat het te weinig tijd had gekregen. Dat leverde hem een hoop kritiek op.
CDA-kamerlid Eddy van Hijum toonde begrip voor de opstelling van de familie Ter Haar en stelde Kamervragen aan minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem. Het kamerlid uit Laag Zuthem wil opheldering over de werkwijze van de werkwijze van de afdelingen Bijzonder Beheer van de banken.
Van Hijum vraagt zich af of de maatregelen van de Rabobank wel proportioneel waren. Ook zet hij vraagtekens bij de manier waarop de bank de druk op de reisorganisatie verhoogde begin 2013.
Meer foto's