“Tijdens de zitting in Den Haag maakte de voorzitter plotseling gewag van een politierapport in de vuilstortzaak van Haarman. In dat rapport zou de politie de conclusie hebben getrokken dat er geen sprake was van een ernstige zaak,” stelt De Kort. “De rechter vroeg mij of ik kennis had van dit rapport. ‘Nee,’ antwoordde ik. Desgevraagd ontkende ook de advocate van Willy Lourenssen ervan op de hoogte te zijn.”
“Ik heb de rechter laten weten dat het bestaan van zo’n rapport mij hogelijk verbaast, omdat ik het onbestaanbaar acht dat de politie iets onderzoekt wat al lang verdwenen is. Het bewijsmateriaal was al verdwenen voordat Willy Lourenssen eind 2012 aangifte deed. Dit was de eerste aangifte, de mijne volgde pas in april 2013. Bij die aangifte is nergens uit gebleken dat de politie al lang en breed een onderzoek had verricht en ook de officier van Justitie repte daar met geen woord over,” aldus De Kort.
“Overigens was er voor de politie ook geen enkele aanleiding tot een onderzoek omdat wethouder Wagenmans, al dan niet opzettelijk, geen aangifte had gedaan. De bedoelde mededeling dat er een politierapport bestaat, is voor mij in ieder geval aanleiding dit bij de politie, met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur, op te vragen.”
“En je kunt je voorstellen dat ik daar heel erg benieuwd naar ben. Het is immers buitengewoon merkwaardig, zoals alles rond deze kwestie, dat Willy Lourenssen noch ik hierover geïnformeerd zijn.”
De Kort heeft inmiddels een verzoek bij de politie gedaan om het rapport openbaar te maken.
Meer foto's