Een groot zonnepanelenveld bij Heeten staat gelijk aan misbruik maken van kostbare cultuurgrond, waar je ook voedsel zou kunnen verbouwen. Zichzelf ‘relevante belangenvertegenwoordigers in het buitengebied’ noemende groeperingen als Stichting IJssellandschap, LTO Salland en Plaatselijk Belangen voeren daarmee actie tegen de komst van dergelijke ‘zonnevelden’.
Is het gebrek aan kennis of is het angst, dat deze instellingen dit standpunt innemen? Bij LTO Salland is het sowieso ‘boeren eerst’. Die belangenbehartiger heeft zich met het aanstellen van Ben Haarman behoorlijk in de kaart laten kijken. Haarman is in een gerechtelijke procedure verwikkeld wegens een stortgat vol asbest achterop zijn land. Nog voordat de rechter uitspraak gedaan heeft, omarmt LTO de ex-wethouder als voorzitter. Dat tekent de club.
Als je je verdiept in wat de plannen zijn, kom je tot heel andere conclusies dan ‘misbruik maken van kostbare cultuurgrond’. Neem het plan van Escozon (Dominique Doedens en Frank Middelkoop) uit Heeten, dat voorziet in een zonnepanelenveld in een oksel van de rondweg om Heeten. Nog even los van het feit dat dat grond is waar nooit een koe zal grazen, leren simpele rekensommetjes dat het juist de koeien zijn die cultuurgrond absorberen.
De LTO zegt: “Duurzaamheid is een belangrijk thema voor ons. Daar hoort ook voedselproductie bij waarvan de behoefte in de komende decennia met de sterk groeiende wereldbevolking, alleen maar zal toenemen.” Dus die grond waar de zonnepanelen zouden moeten komen, die kun je beter benutten.”
Maar wat zijn de feiten? Een derde van de wereldgraanproduktie is bestemd voor veevoer en in de VS is dat percentage zelfs 70 procent. Honger in de wereld kan worden bestreden met het graan dat nu wordt gebruikt voor koeien. Het probleem zit in het steeds meer consumeren van dierlijke eiwitten in plaats van plantaardige.
Het verschil tussen het eten van granen of van vlees is enorm. De Gezondheidsraad schrijft daarover in een advies aan het kabinet: de productie van een kilo dierlijk eiwit vraagt gemiddeld zes kilo plantaardig eiwit. Vijf zesde deel van de voedingswaarde gaat dus verloren.
Het is dus juist de Europese veehouderij die fors beslag legt op land. Innofood: De productie van dierlijke eiwitten is inefficiënt in vergelijking met de productie van plantaardige eiwitten. Voor een kilo eiwitten uit graan is 20 m2 grond nodig. Voor kippenvlees en melk is dat 35 m2, voor varkensvlees 60 m2 en voor rundvlees meer dan 100 m2. Ongeveer tweederde van de Europese landbouwgronden is nu in gebruik voor de veehouderij. De Europese veehouderij is afhankelijk van de import van soja als veevoer. Hiervoor is landbouwgrond nodig in vooral Brazilië en Argentinië.
Iets ingewikkelder: je hebt over maar 0,016% van de beschikbare landbouwgrond als je de bijna 7000 steden en dorpen in Nederland allemaal een zonnepaneelpark zou geven van drie hectare. Want je praat dan over 21.000 hectare. Het CBS zegt dat de totale oppervlakte aan grasland en voedergewassen in Nederland 122 miljoen is! Als iedere Nederlander een dag in de week geen dierlijke maar plantaardige eiwitten eet, heb je die 21.000 hectare al verdiend!
Over de grootte van de zonnepaneelvelden kun je discussiëren. Te grote velden kun je lelijk vinden. Dat zijn auto’s in een straatbeeld ook, net als lantaarnpalen. Net ook als de meeste boerderijen. Boerderijen mogen in bestemmingsplannen bijna alles. Een burgerwoning op het platteland wordt aan strenge eisen onderworpen. Vanuit economisch standpunt is dat te begrijpen. Maar zonnepanelen dienen ook een economisch doel.
Juist door kleine velden in te richten zoals in Heeten het plan, kun je heel geschikt ‘loze ruimtes’ vinden die anders nutteloos blijven.
Meer foto's
