De gemeente Raalte is (of was) van plan om samen met de jongeren een geschikte plaats te zoeken voor de ontmoetingsplek. “Wij willen het liefst in Drostenkamp. Op de bult, of hier langs het water,” wijst Simeon aan. “Maar op de bult mocht niet en omwonenden klaagden ook over het plan. Ze zouden dan last van ons hebben.” Ook de andere gewenste plek, langs het water, zou op verzet stuiten. “Het Carmel College zegt dat we dan aan zouden zetten tot spijbelen. En dat terwijl we hier tijdens schooltijden nooit zitten. Ja, in het weekend of in de schoolvakanties, maar doordeweeks bijna nooit.”
De gemeente besloot vervolgens om niet langs het water, maar om de hoek, tussen de struiken een nieuw bankje neer te zetten. Dat is weinig beter dan de onbeschutte plek waar ze nu vaak hangen. “Als ze er nog een bankje bijzetten en er een overkapping bij maken, dan zou het al een stuk beter zijn. Maar als het regent, willen we ook graag droog blijven. Desnoods knippen ze een oude zeecontainer open, als we maar niet natregenen.”
Het grootste bezwaar tegen de jongerenontmoetingsplek in Drostenkamp komt volgens de jongeren van de buurtbewoners. “Wij krijgen overal de schuld van. Er wordt altijd geklaagd, maar nooit als wij hier zijn. We zijn er gewoon een keer klaar mee. Als ze klachten hebben, laat ze het maar tegen ons zeggen dan lossen we het samen op. Dan zul je zien dat het allemaal meevalt. Laatst kwam er een oude vrouw met koffie naar ons toe. Die zei na een kopje al: ‘Jullie zijn eigenlijk gewoon hele aardige jongens’.”
“Mensen die hier vaak komen, zien dat we geen vlieg kwaad doen,” vervolgt Simeon zijn betoog. “Net hebben we nog twee jongetjes geholpen die tijdens het vissen een meerkoet aan de haak hadden geslagen. We hebben hem voor ze van de haak gehaald.”
Ondertussen voelen de jongeren zich vooral gewantrouwd en nergens welkom. Ze hebben inmiddels al zes hangplekken in Raalte gehad, maar werden overal weggestuurd. Ze kregen zelfs een keer een samenscholingsverbod. Zo zaten ze al in Raalte-Noord bij de Rietkraag, daar werden ze weggestuurd. Het speeltuintje aan de Braak werd onaantrekkelijk voor de jongeren gemaakt, bij de pannakooi aan de Kerspelweg was het altijd gedonder, het schoolplein van de Hartkampschool was lang verboden toegang en vervolgens werden ze in 2008 bij de fietsenstalling van het CCS weggestuurd. “Ik vraag me af hoe lang het nog duurt voor we hier weggestuurd worden,” aldus Simeon. “Zal wel weer een samenscholingsverbod worden,” valt een vriend Simeon bij. “Ze doen alsof we dikke criminelen zijn.”
Het maakt de jongeren al lang niet meer uit hoe hun ontmoetingsplek eruit komt te zien. De hele aanloop naar de realisatie van de JOP is ze op meer wantrouwen dan op vertrouwen komen te staan. “Er hoeft maar iets te gebeuren in Drostenkamp en wij worden weer beschuldigd. De Stentor heeft zelfs al een keer geschreven dat we drugs dealden en loverboys zijn. En dat alleen maar omdat er soms ook wat meisjes bij ons hangen.”
“Het enige dat we willen, is een plek om te chillen. Echt, het maakt al lang niet meer uit. Zet een overkapping bij het bankje, zet er een bankje bij en dan zijn wij al tevreden.”