Wat mogen we dit jaar verwachten van de Tour. Onze Man pakt het etappeschema er bij. “In totaal is er bijna 100 km tijdrit. Dat is veel, en zwaar in het voordeel van de kanshebbers Evans en Wiggins. Gesink heeft er het afgelopen jaar weliswaar op getraind, maar hun niveau kan hij niet aan. Cancellara en Martin gaan in de drie tijdritten veel punten pakken.’’
Dan de bergen. Ook daar heeft de kenner van de CRT zijn mening over. “De laatste jaren zie je dat bergop nauwelijks verschillen worden gemaakt. Zeker als er niet bergop gefinished wordt.’’ Driemaal is er een finish op een col. Onze Man: “De eerste maal is in de zevende etappe. La Planche der Belles Filles zit voor het eerst in de Tour. Hij is maar 6 km lang, maar het gemiddelde stijgingspercentage is liefst 8,5%. Daar moeten de eerste aanvallen van Schleck, Gesink en van der Broek komen.”
De 11e etappe is de Koninginnerit, met beruchte puisten als de Madeleine en Croix-de-Fer. Ook hier is de finish bergop, op La Toussuire. Onze Man: “Die berg is niet steil genoeg, daar komen geen verschillen.” Ook in de 16e rit verwacht Onze Man geen afscheiding. “Dat is wel de mooiste. Tourmalet, Aubisque en Aspin heb ikzelf ook beklommen, echt fantastisch.’’
Een dag later is er wel een finish bergop, Peyragudes. “Ook niet steil genoeg’’, aldus Onze Man, die vervolgens een verrassend nieuw inzicht heeft. “Steeds vaker zie je dat juist in de afdalingen het verschil gemaakt wordt. Zeker als het nat is, zijn er kamikazepiloten die wegrijden van de anderen. Wij Nederlanders moeten wat dat betreft vrezen voor de kansen van Hoogerland en Gesink, want dat zijn slechte dalers. “In de afzink wordt dit jaar het verschil gemaakt.’’