De verdachte in de Raalter ontuchtzaak heeft dinsdag de officier van justitie TBS met voorwaarden horen eisen, ook eiste de officier een celstraf van 15 maanden. De Raaltenaar wordt verdacht van meerdere ontuchtige handelingen met jonge meisjes, het plegen van schennis en een poging tot ontucht. “Als ik kleine meisjes zag, ging de knop om.” De man verklaarde dan opgewonden te raken en behoefte te hebben zichzelf te bevredigen.
De Raaltenaar wordt er van in 2007 verdacht ontucht te hebben gepleegd met een toen zesjarig meisje en haar driejarige zusje. Hij heeft het meisje dat in een speeltuin aan het spelen was, benaderd. Hij zou zijn poesje kwijt zijn. Toen hij de jonge kinderen de bosjes ingelokt had, vroeg hij of hij de onderbroekjes van de meisjes mocht zien. De meisjes zouden nee gezegd hebben, maar hij deed het toch.
Een jaar later zou hij dit nog eens gedaan hebben, met andere meisjes maar bij het zelfde speeltuintje. Hij liet zijn geslacht zien en vroeg of de meisjes hem wilden aanraken. Toen de meisjes later met dit verhaal thuiskwamen schakelde hun moeder de politie in. Die vond een DNA-spoor van de man.
In 2009 zou de man zichzelf achter een boom in een plantsoen bevredigd hebben. Een bewoonster van een huis in de buurt zag de man en belde de politie. De dag ervoor zou hij een meisje aangesproken hebben, zijn moeder herkende de man op een foto die de agenten haar voorhielden.
Daarnaast wordt de man verdacht van het plegen van ontucht in Markelo, in 2010. Hij zou daar twee meisjes op een schoolplein aangesproken hebben. Daar zou hij gevraagd hebben of de meisjes hun onderbroek wilden laten zakken en hun billen hebben betast. De verdachte verklaart toen echter niet in Markelo te zijn geweest. Ook een controle van zijn GSM-gegevens wijst uit dat de man niet in Markelo is geweest. Twee weken later zou hij, volgens de aanklacht, nog eens een poging tot ontucht in die plaats hebben gedaan. Ook deze aanklacht ontkent de verdachte.
Persoonlijk onderzoek naar de verdachte levert op dat de man verminderd toerekeningsvatbaar is. Wel wordt de kans op herhaling groot gedacht. De verdachte geeft daarom aan in behandeling te willen. Hij wil echter geen TBS. Hij zou dan zo tien jaar vast kunnen zitten. Immers, 1 op 8 of 1 op 9 TBS’ers belandt in de long-stay.
De advocaat van de Raaltenaar vindt de bewijzen die de officier van justitie aandraagt echter rijkelijk dun. Zo is de bewijslast uit Markelo gebaseerd op een kenteken van een auto en vage herkenning van een getuige. Wel is hij het eens met de officier van justitie dat de man een behandeling moet ondergaan. Hij pleit voor een straf met een groot voorwaardelijk deel, lange proeftijd, een behandeling en een verplichte continuering van zijn medicatie.
De rechtbank doet over twee weken uitspraak.