De oudste zoon, de 47-jarige O.I., zou de leiding over de drugshandel in het huis hebben gevoerd. Dit bekende hij ook tegenover de rechtbank. Hij verklaarde alleen wel dat de schaal waarop dit gebeurde veel kleiner was, dan de door de officier van justitie geschetst werd. Hij zou slechts een paar mensen van cocaïne hebben voorzien, een klein clubje.
De aantallen die uit het politieonderzoek naar voren komen, die zouden niet kloppen. De politie hield van 30 september 2010 tot en met 3 oktober 2010 video-observaties aan de achterzijde van de woning. Tijdens deze observaties zou 69 keer iemand door de achterdeur naar binnen zijn gegaan. De drukste dag was 1 oktober. Toen betraden 18 verschillende mensen in 34 bezoekjes het huis. Hierbij viel op dat de meeste bezoekers slechts enkele minuten in het pand verbleven.
O.I. verklaarde echter tegenover de rechtbank dat dit lang niet allemaal mensen waren die voor drugs kwamen. “Dat waren niet allemaal gebruikers. We hebben veel huisvrienden, die mensen komen regelmatig langs,” vertelde de Raaltenaar. Het broertje van O.I., de 37-jarige K.I., onderkende deze verklaring. “Er kwamen heel veel mensen langs voor de gezelligheid. We kennen gewoon veel mensen.”
Overigens verklaarde het broertje weinig met het dealen van zijn broer te maken te hebben. “Ik heb er nooit iets van gemerkt dat er coke in huis was.” En over de verkoop zei hij: “Daar weet ik niks van.” Hij heeft ook geen idee waarom mensen dat tegenover de politie verklaard hebben. Hij vertelde wel een enkele keer een bolletje verhandeld te hebben, maar dat was hooguit vier of vijf keer. De aangetroffen hoeveelheid van circa 80 gram cocaïne zou bestemd zijn voor eigen gebruik. “Ik rookte best wel veel hoor.” Het politierapport spreekt dat tegen. Daarin staat dat hij de handel waarnam als zijn broer niet thuis was.
Ook de moeder van het tweetal, de 67-jarige M.I., vertelde de rechtbank dat ze niet wist dat er in cocaïne gehandeld werd. “Ik wist niet wat die mensen kwamen doen. Ik bemoei met niet met de zaken van mijn zoon.” Toch wankelde de verklaring van de vrouw een beetje. De vrouw zou namelijk ook bij afwezigheid van haar zoon de verkoop van cocaïne hebben genomen. “Ik heb wellicht een paar keer wat meegegeven. Ik weet niet meer hoevaak. Ik was heel bang. De kinderen hebben niet naar mij geluisterd. Ik zei, doe dat soort handelingen niet.” Ook heeft de vrouw dit in politieverhoren bekend, maar ze kwam daar in de rechtbank op terug. Haar raadsman nam het voor haar op. “De zoon maakte misbruik van zijn moeder. Ik vraag me af of hier sprake is van samenwerking. Het lijkt mij een incidenteel geval, in plaats van structureel.”
Bij de politieinval werd er naast de drugs ook een bedrag van bijna 11.000 euro in het huis aangetroffen. De 47-jarige O.I. vertelde de rechtbank dat dit grotendeels spaargeld was. Hij zou hooguit drie- tot vierduizend euro aan drugsgeld hebben gehad. Hoe hij met zijn uitkering aan zoveel geld kwam, kon hij wel verklaren. “Over het algemeen kan ik goed met geld.” Hij kocht ondermeer van dat spaargeld een auto, die op naam van iemand anders kwam te staan. Hij betaalde de auto, verzekering en onderhoud contant. Totaal hangt er aan deze investering een prijskaartje van circa 4.600 euro. De rechter vond dat een behoorlijk bedrag voor iemand met een uitkering. Ook kreeg zijn vriendin kleding, een tv en ringen. Hij wilde er verder niet al te diep op ingaan. “Als ik vertel hoe dat wel zit, dan zou ik mezelf belasten.”
De oudste zoon kreeg van de officier van justitie ook nog een forse ontnemingsvordering te horen. Ze eist ruim 32.500 euro terug voor winst die hij gemaakt zou hebben.
De rechtbank doet op 5 april uitspraak.