De kaarten kochten ze al in april 2009. “We zijn echt fanatieke voetbalsupporters”, vertelt Hans. “Wat dat betreft, had ik het als Twente-fan dit jaar een stukje makkelijker dan René en Gerard. Dat zijn echte Ajacieden, ha ha!” “Maar bij Oranje draait het er eigenlijk niet om voor welke club je bent”, gaan de andere twee verder. “Clubbelangen spelen daarbij geen rol. Het Nederlands Elftal, dat is verbroedering. Wat dat betreft stonden we ook te kijken dat er na een wedstrijd rellen waren geweest in Hoogeveen. Onbegrijpelijk!”
“We hebben echt heel veel indrukken opgedaan tijdens ons verblijf in Zuid-Afrika. Het is een prachtig land. De mensen zijn ook heel erg vriendelijk. Als het om het WK ging, was het één en al beleving. Je hoort heel veel verhalen over hoe onveilig het er zou zijn, maar daar hebben wij niks van gemerkt. Natuurlijk werden we wel een beetje uit bepaalde buurten gehouden, maar we zijn daar ook op bezoek geweest in een township om daar een toernooitje te spelen tussen oranjesupporters en de plaatselijke bevolking. Die mensen waren alleen maar aardig. We zijn geen moment bang geweest! Het was een hele open cultuur. Rijkdom en armoe, je zag het er vlak naast elkaar. Maar op sommige armere plekken kregen we wel het gevoel dat een deel van de bevolking dat daar woont ook echt niet anders wil. Dat hoorden we ook van de Afrikanen uit de middenklasse die we hebben gesproken, zowel blanken als zwarten. Er woont daar een groep mensen die het wel best vindt zo. Die mensen hebben nooit geleerd om initiatief te tonen en dat is in hun mentaliteit geslopen!”
Voor hun eerste wedstrijd waren ze al bijna te laat. Hun trein naar het stadion in Johannesburg had panne. “Het kon nog net op tijd gemaakt worden. Tien minuten voordat de wedstrijd begon, stapten we het stadion in. Nog net op tijd om de spelers het veld op te zien lopen. Toen merkten we ook hoe slecht de beveiliging was. De Pletterpet van Heineken moesten we wel inleveren, daar letten ze wel op, maar daarna scanden ze ons met een metaaldetector. Het ging van ‘pieppieppiep’, maar we mochten gewoon doorlopen! De FIFA sloeg daarentegen wel een beetje door naar de andere kant. Soms leek het wel alsof de organisatie het hele land had overgenomen!”
Hoogtepunten? “Toen we naar de wedstrijd Nederland-Kameroen gingen en uit de trein stapten in Kaapstad, liepen we voorop bij de Oranjestoet. En wij maar zwaaien met onze Stöppelhaenevlag. We liepen als koningen voorop. Dat was een enorme kick. En toen we richting het fanplein van de FIFA liepen, was het hele verkeer stilgelegd. Dat deden ze daar gewoon. Oranje kwam eraan.” René: “We kwamen er ook een keer door een oude stad in het noordelijke deel van Zuid-Afrika. Omdat de hele Oranjekaravaan erdoorheen zou trekken, hadden ze van tevoren even geoefend met een stuk of drie campers. Het was uitgedraaid op één grote chaos. Het hele verkeer was er vast gelopen. Daar hadden ze wel lering uitgetrokken. Overal stond politie. Zo gauw er ook maar één oranje camper gesignaleerd werd, werd het hele verkeer stilgelegd. Als die weer voorbij was, mocht iedereen gewoon weer verder. Als de volgende campers kwamen, lag weer alles stil. En omdat de karavaan nogal versnipperd was, kwamen er nogal wat groepjes los van elkaar door die stad. Je hoorde niemand klagen. De bevolking vond het prachtig!”
Gerard is van het stel de grootste Oranjesupporter. Hij bezocht al meerdere EK’s en WK’s. Toch bemerkte hij deze keer wel enkele verschillen. “Alle Oranjesupporters in Zuid-Afrika waren echte voetbalfreaks. Er werd minder feestgevierd dan in Europa. Daar moet je het toch vaak hebben van het publiek dat op de bonnefooi, zonder kaartje naar een wedstrijd gaat. Die mensen waren er in Zuid-Afrika niet. Het feest was daarom wat minder uitbundig.” Minder uitbundig misschien, maar wel met het kabaal van de vuvuzela… “Het is een smerig irritant ding”, lachen de drie. René: “Ik heb de eerste wedstrijd oordoppen ingedaan, ik had er verder mooi geen last van!” “Maar toch is het in het stadion minder irritant als op tv. Je hoorde daar bijna alle oranjesupporters foeteren op het ding, maar toch had een deel van hen er zelf ook eentje bij zich. En ook gewoon toeteren. Maar hoe dan ook, die dingen verpesten de sfeer wel!”
Ondertussen maakte het drietal wel van de gelegenheid gebruik om veel aan promoacties voor Raalte te doen. De Stöppelhaenevlag ging overal mee naar toe en de drie verschenen bovendien veelvuldig in beeld in de media en op tv. “En we hebben het zelfs voor elkaar gekregen dat de kinderen die de spelers begeleiden als ze het veld op gaan, het roodgele Rohdatenue aan hadden, ha ha!” Met al die promoacties voor Raalte zouden ze zich een komende keer misschien zelfs kunnen laten sponsoren. “Precies! Misschien moeten we maar eens vragen wat Stöppelhaene voor ons kan betekenen, ha ha!”