Heerlijk. Een paar daagjes vrij. Lekker uitgeslapen loop ik de huiskamer binnen. Mijn oog valt op de krantenfoto van Ruben, de negenjarige Nederlandse jongen die de crash van het vliegtuig in Tripoli heeft overleefd. Wat mij raakt in het verhaal van Ruben is het thema ‘wees’ zijn. ‘Het zal je maar gebeuren’. Een ‘alleen op de wereld’-gevoel. Elk mens heeft soms (onbewust) dat gevoel.
Als er iets gebeurt in de familie, vrienden of kennissenkring gaan veel mensen even rustig zitten en zeggen; ik wens …. alle goeds. Soms schrijven ze dat op een kaartje. De gever en ontvanger voelen zich daarna vaak fijner. Tegenwoordig hebben veel mensen al geleerd om vanuit je huis energie/liefde te sturen naar andere mensen die op afstand van jou zijn (bv via reiki). Ook daarbij heb je de bedoeling dat deze energie alleen goede dingen voor de mensen gaat brengen
Ik kies ervoor om hulp te bieden, ik trek mijn voelsprieten naar binnen, richt me op mijn innerlijk, kom dus echt bij mijzelf. Vraag mijn innerlijk of ik wat voor Ruben, de mensen om hem heen of anderen kan doen. Ik voel mijn lichaam op de bank in mijn huiskamer, maar ben met mijn gedachten (geest) in een klein kamertje ergens hier in de buurt. Ik ben niet bij Ruben. De Sallandse jongen in het kamertje heeft hulp gevraagd en blijkbaar kan ik die geven. In mijn hoofd vraag ik of ik mij mag verbinden met de jongen. Ik begrijp dat hij voor een deel wees is geworden. Ik ervaar gevoelens van verwarring, machteloosheid, boosheid, afschuw en eenzaamheid en de angst voor deze gevoelens. Als vanzelf komen er gedachten in mijn hoofd die ik naar de jongen stuur; ‘stil maar, het is oke, kom maar kereltje, mama is bij je’. Natuurlijk ben ik zijn moeder niet, maar op dat moment voel ik mij De Moeder.
Ik praat verder; ‘Ach lieveke, alles komt goed, je doet het zo goed. Kom maar. Ik zal je dragen’. Ik breng hem rust. Ik voel me zo vol liefde. Mijn hele lichaam voelt intens warm en zo vol liefde, ik omring de jongen met deze liefde. Langzaam wordt de jongen rustiger. Ik merk dat aan mijn lichaam. Zijn lichaam en die van mij zijn op dat moment even één lichaam. Uit ervaring en eigen onderzoek weet ik dat deze jongen zich nu echt rustig voelt.* Dat geeft me een tevreden gevoel. Ik dank de jongen dat ik mocht geven en wens iedereen alle goeds.
Elk mens heeft de mogelijkheid dit heerlijke intense liefdesgevoel te ervaren. Mijn grote wens is om dergelijke liefdeskracht in elk mens in een grote groep bewust op te wekken, een te laten zijn en zo grote verandering te brengen.
* Naast eigen ervaring en onderzoek is in de kwantum wetenschap aangetoond dat subatomische deeltjes (dus cellen in mijn lichaam en die van een ander) met elkaar kunnen communiceren en op elkaar kunnen reageren waarbij afstand en tijd geen rol speelt.