Twee auto’s, ruim 7000 kilometer, een bult lef en een nobel doel. Dat zijn de ingrediënten voor de Antwerpen– Banjul Challenge waaraan een zestal studenten van de CAH te Dronten meedoet. Onder hen zijn Bas Booijink en Rick Dijsselhof uit Broekland.
De heren zijn inmiddels vertrokken en leveren (zodra ze internet op hun reis tegenkomen) een reisverslag aan. Vandaag het verslag van de rustdag. Tijdens deze dag is het mooi tijd om even aan de auto’s (die zwaar op de proef gesteld worden) te sleutelen.
Zondag 7 maart 2010
De wekker ging vanmorgen om half 7, we zouden op tijd vertrekken want er stond weer een lange weg op het programma. We hebben onze bedjes en slaapgerei weer bij elkaar gepakt uit de kelder en weer op het dak gebonden.
Toen wij samen met de Zandhazen, team Avans en Rocky Bilboal klaar waren voor vertrek, was de rest nog aan het smikkelen van het hotelontbijt dus hier moesten we nog een tijdje op wachten. Toen hebben wij in de tussentijd nog even de Benz getankt want hier zat nog maar 1/3 in.
Scholes? Toen Scholes en George er weer waren van het tanken waren Ben & Jerry ook uitgesmikkeld en konden we vertrekken. We moesten echter eerst nog wel weer even langs het tankstation want er waren nog enkele teams die moesten tanken. Al met al was het goed 9 uur dat we eindelijk om pad waren met George en de Dijs als chauffeurs, en deze rit zal achteraf als een nachtmerrie worden gezien door onze George. Het begon bij het tankstation daar werd Scholes zijn gouden voet bijna verbrijzeld maar deze snelle jongen had geluk dat alleen zijn schoen bleef hangen.
Het eerste stuk van Tafraoute tot de (snelweg) naar Laâyoune hebben we gezamenlijk gereden alleen de Halzen van het team ‘willen is kunnen’ zou zich alleen wel redden en maakten zich niet druk. De rest is met medewerking van een gids vertrokken door de bergen naar de grote weg. Deze weg was 100 kilometer korter maar achteraf gezien zeker niet sneller want het viel met name voor de schoolbus niet mee om over die smalle kronkelweggetjes naar boven te komen.
Daarna was het voor onze George moeilijk om met de Benz de bus te kunnen bijhouden bergop, want onze George had moeite met het koppelen. Mede hierdoor liet George de auto 2 keer achter elkaar uitslaan en hier had de rest in de Benz wel lol om! Verder vond Cor dat wij ons die morgen tot aardig rustig hielden dus moest er vanuit de Benz maar even een concert worden gegeven over het MC-bakkie en zodoende had iedereen Hollandse hits door de speakers.
Toen wij de bergen uit waren werden er weer groepjes gevormd en werd en naar Tan-Tan gereden om daar weer te verzamelen om wat te drinken en even te tanken. Toen wij in Tan-Tan het centrum kwamen binnen rijden en wij naar een parkeerplaats op zoek waren wist George het rempedaal niet optimaal te kunnen intrappen en reed hij achterop een grote winkelwagen van een koopman. Deze kon er echter net als ons wel om lachten omdat er niks kapot was gegaan maar alleen de zakjes chips wel een beetje verkruimelt zullen zijn.
Na deze gekheid was het tijd om de auto’s nog even te tanken en hier maakten we kennis met de dorpsgek. De dorpsgek kwam heel spontaan aan lopen en maakte kennis met onze George en gaf hem een hand. Toen echter bleek dat hij om geld kwam schooien hebben wij een beetje afstand van hem genomen en dat kon hij niet waarderen. Hij dacht dat wij Engelsen waren en begon te schreeuwen dat dit gierige mensen waren en stak zijn middelvingers naar ons op. Wij konden hier wel om lachen en de kwajongens uit het dorp gingen hem steeds meer opjutten. De dorpsgek vond al die aandacht prachtig en op een gegeven moment haalde Fransie z’n zwansie uit zijn broek en begon hij nog meer te schreeuwen en liep hij over de straat. Er werd toen door local de politie gebeld en binnen 2 minuten waren zij ter plaatse, maar toen was de dorpsgek hem al gesmeerd. Toen dit allemaal weer achter de rug was hebben we nog enkele broden gekocht en zijn we verder gereden naar Laâyoune.
De weg naar Laâyoune was een lange saaie weg. Dit is allemaal vlak met links van je alleen maar zand, stenen en bosjes en rechts zee want we rijden nu langs de kust van Marokko. Wel zie je hier weer af en toe dromedarissen lopen en natuurlijk de zandduinen op de achtergrond. De verleiding van de 4×4’s was bijna niet te weerstaan om even in de duinen te spelen.