Begin dit jaar ging ie als monteur van team Autotrack/Van Deijne voor het eerst mee met de rally ‘Le Dakar’ en op 1 januari begint het hele circus opnieuw. Marcel van de Kamp (42) uit Heino heeft er zin in. “Bij het vertrek, stapte ik in een film en die was pas afgelopen toen ik weer thuis was. Het was fantastisch, maar ook erg zwaar. Het was heel weinig slaap en gigantisch veel sleutelwerk. Van de veertien nachten gedurende de rally heb ik er zeven overgeslagen.”
De route van de rally zal hem opnieuw door Zuid Amerika voeren. Vorig jaar ging de route naar het zuiden, dit jaar zullen de deelnemers het noorden van Zuid Amerika verkennen. Het team Autotrack/Van Deijne (vorig jaar eindigde het op een 27ste plek) bestaat uit twee deelnemende auto’s en één deelnemende truck. Het technisch kader reist de coureurs achterna in twee trucks en één jeep. Marcel tekent voor het onderhoud aan de auto van coureur Erik van Loon en navigator Eric Verhoef. Op 28 december vertrekt het team naar Buenos Aires, waar de rally op 1 januari wordt afgeschoten. Als alles goed gaat, rijden de deelnemers op 17 januari de stad weer in.
“Vanaf het moment dat het begint, ben je alleen maar bezig. Aan het einde van de dag begin je te sleutelen aan de auto’s en als het allemaal meezit, kun je nog even een paar uurtjes slaap pakken. Dat is de vorige keer dus niet altijd even goed gelukt. En ’s morgens stap je de auto weer in en rijd je naar de volgende bivak. En zo gaat dat door. Het meest indrukwekkende vond ik de natuur waar we doorheen reden. De Andes, maar ook de Atacama-woestijn. Alleen maar gigantische zandduinen tot zover m’n ogen konden reiken. Een mooi stukje aarde, waar ik voor die tijd het bestaan niet vanaf wist!”
Hoewel ‘Le Dakar’ en de voorganger ‘Parijs Dakar’ in het verleden levens gekost hebben, is Marcel geen moment bang geweest. “Van tevoren was ik wat opgelaten. Ik had geen flauw idee van wat ik kon verwachten. Ik vroeg me vooral af of ik het allemaal wel vol zou houden. Maar dat bleek dus echt niet nodig te zijn. Het ging allemaal vanzelf. Heel apart. En dat terwijl ik nauwelijks tijd had gehad om mezelf fysiek voor te bereiden. Gelukkig kan ik van nature goed zonder slaap! De sfeer bleef altijd goed. Onvoorstelbaar. De verschillende teams hebben ook alles voor mekaar over. Concurrenten of niet, als er wat kapot gaat en je onderdelen tekort komt, en er is maar één ding dat zeker is en dat is dat er dingen kapot gaan, dan staan de andere teams grotendeels allemaal klaar. Misschien alleen de teams die de topposities hebben wat minder, voor hen staat er wat meer op het spel.”
Dieptepunten? Ja, natuurlijk, er waren er enkele. Ten eerste het feit dat één van de wedstrijdtrucks van Marcels team al in de eerste dag over de kop sloeg en daarbij flink beschadigd raakte. “Dat was een slecht begin, we zijn meteen de hele nacht aan het sleutelen geweest.” Ten tweede was er een akkefietje waarbij een handmatige GPS het niet bleek te doen. “Een coureur stond stil met een kapotte aandrijfas. Hij had ons zijn coördinaten doorgegeven. Wij ernaartoe. Maar onze hand GPS werkte dus niet. En wij maar zoeken. Na dik twee uur vonden we hem pas. Dat was kostbare tijd. Natuurlijk wordt er dan gevloekt, maar dat zijn van die dingen waar niemand echt iets aan kan doen.” En tenslotte vond ie het minder dat de terugvlucht naar Nederland met enkele dagen werd vertraagd. “Als je de rally en het grote afsluitende feest hebt gehad, dan ben je er ook klaar mee, dan wil je naar huis. Maar onze vlucht werd gecanceld.”
Marcel is het hele jaar door druk met de voorbereidingen voor ‘Le Dakar’. “Elke week ben ik met de andere monteurs enkele avonden en de zaterdag aan het sleutelen aan onze auto. En dit jaar heeft het team ook nog eens meegedaan aan drie trainingsrally’s. En ik heb ook nog vrouw en kinderen. Maar of ik over tien, vijftien jaar nog steeds mee ga? Wie weet!” De belevenissen van het team zijn zo meteen te volgen op de website staging2.deijnedakar.nl. Je kunt je daar ook aanmelden voor een nieuwsbrief.