Commentaar – In Raalte was er wat commotie ontstaan over de dikte die bomen moeten hebben om ze nog vergunningvrij te mogen kappen. Dertig centimeter stamdikte (diameter) is het geworden. De discussie was begonnen met vijftig. Maar gaat het om de dikte? Moet je zulk beleid niet op heel andere gronden voeren?
De basis van een boomkapvergunning is er in gelegen dat het zo lang duurt voor een boom een boom is dat je hem met recht een boom noemt. Eind jaren tachtig zei baron Van Ittersum over zwaar werk in zijn bossen rondom kasteel Het Nijenhuis: “We moeten nu onderhoud plegen om ze twee generaties verder ook van dit mooie bos te laten genieten.” Het leek destijds op kaalslag in het bos en sommigen konden zich niet aan de indruk onttrekken dat die dikke eikenbomen goed voor de handel waren, meer dan dat het de baron om bosbelang ging. Wie nu door het landgoederengebied rond Heino struint (moet je doen, de herfstkleuren zijn prachtig) moet toegeven dat het toch heus om een mooi bos ging.
In die tijd was de discussie over een boom meer of minder toegespitst op een mooi bos. Later kwamen daar kreten als ‘ecologische hoofdstructuur’ en dergelijke overheen. Dat beestjes een verbindingszone hadden van het ene naar de andere bos of water. Tegenwoordig hebben we het ook over de longen van de wereld. Wat wij aan zuurstof omzetten in CO2, verandert een boom weer van CO2 in zuurstof.
We kijken steeds anders tegen bomen aan. Maar het kapbeleid wordt nog steeds bepaald op basis van hoe dik de stam is. Is die dun genoeg, dan mag de boom gewoon gekapt worden. Is die te dik, dan floept een ambtenaar een hele zooi extra regeltjes uit zijn bureaula om te bepalen of het wel of niet mag.
Gek, dat dertig centimeter een grens is. Is een eik van 29 centimeter anders dan een broertje van 31 centimeter? Kun je een populier van 29 centimeter vergelijken met een even dikke eik? Nee toch?
Je zou moeten zoeken naar andere kernwaarden als basis. Is het een mooie boom? Gaat het een mooie boom worden? Staat de boom iemand in de weg? Is er in de omtrek genoeg groen? En dan moet je vervolgens niet te bang zijn mooie bomen te kappen, je moet veeleer nieuwe bomen durven poten. In plaats van krampachtig vasthouden aan wat je hebt, kun je misschien beter vrolijk de toekomst inkijken naar wat je krijgt.
Neem het landgoederengebied in Heino, Wijhe, Olst, Dalfsen, daar staan zo veel mooie bomen, moet je dan even verderop in de bebouwde kom een boom in een achtertuin beoordelen op zijn stamdikte? Of bekijk de aanplant die komende week het nieuwe dorpsbos van Raalte gaat vertegenwoordigen. De gemeente plant een compleet nieuw bos, moet je dan voor de kap van een paar lastige bomen bij het station heel moeilijk gaan zitten doen?
Bomen krampachtig beschermen is als een bontgeknaagde draaikever ontdekken op het tracé van een geplande rondweg en omdat die kever uniek is ligt het werk vijf jaar stil.
Een mening over dit onderwerp? We nodigen je uit te reageren.